008. Koffieservies
- snoeijkees
- 21 mrt 2021
- 41 minuten om te lezen
1.
‘Koffieservies uit 1930’. Bij het lezen van deze woorden op het kaartje dat tegen de koffiekan staat, krijg ik de neiging om de deksel op te tillen. Hoeveel mensen bewaren daar niet iets in? Uiteraard doe ik het niet. Of ik ooit koffie drink uit een kopje van dit servies, is een vraag zonder antwoord. Maar het staat er, in deze kast. Op het eerste oog onbeschadigd, zoals alle spullen in deze winkel.
“Goedemorgen, heeft u iets moois gezien?” Deze woorden komen bovenop mijn fantasie te liggen. Ik kijk in de bruine ogen van een grote vrouw, begin dertig, blond haar, soort van krullend dat tot net over de schouders reikt en zeer modieus gekleed. Ook wel een heel klein beetje door het leven getekend, lijkt het. Juist mooi, mensen met een verhaal, al kan ik niet inschatten wat de tekening precies is. Gaat me natuurlijk ook helemaal niets aan.
“Ja, ik heb iets moois gezien.” Al is dit antwoord op meerdere manieren uit te leggen… Ik probeer het koffieservies, mijn gedachten en deze krachtige vrouw te scheiden van elkaar. Ik geef haar een hand. “Goedemorgen.” Een stevige hand en ‘Georgette’ is het antwoord. “Ba… Pardon.” Snel noem ik mijn eigen naam… Baron, al midden in het verhaal met het servies, moet plaatsmaken, en snel.
“Wilt u een kopje koffie, weliswaar niet uit deze kan, maar wel van George Clooney?” Ik heb haar mijn eigen naam genoemd en ze spreekt me aan met ‘u’. George… Georgette? Ik kijk haar nog een keer aan. Heet deze vrouw wel Georgette? “Ja, graag!”
“Kijkt u gerust verder, ik heb bijna overal een antwoord op als u vragen heeft.” Een seconde kijken we elkaar aan. In haar ogen is duidelijk te lezen dat ze uitdaagt. Niet alleen mij, maar in het algemeen. Om haar direct een vraag te stellen gaat me te ver, het moment zal wel dichterbij komen als we echt gaan praten.
De koffie is prima, de juiste verhouding koffie en water is niet onbelangrijk. “Waar gaat uw interesse naar uit?” Ik zet het kopje neer, kijk nog even rond en zeg: “Mijn oog moet erop vallen. Ik zoek niet gericht en verzamel ook niet echt.” Ik lach, het is precies wie ik ben. Mijn enige verzameling, mooi bewerkte metalen vliegtuigen in een bepaalde schaal, zal ik met mijn bezoek aan deze winkel niet kunnen uitbreiden.
Ze dirigeert me bijna naar een klein tafeltje helemaal achterin de overvolle winkel, slechts één stoel. Ze pakt een kruk erbij en gaat zitten als ik op haar aanwijzen plaats moet nemen op de stoel. Tot zover, denk ik. Dit is vast haar gastvrijheid. We praten over de geschiedenis van deze winkel en het rondstruinen op markten in België en Frankrijk. Woorden over bijzondere verzamelingen en Catawiki kunnen niet uitblijven.
Meermalen in het gesprek kijken we elkaar aan. Het klikt, maar wat klikt? Een tweede kopje koffie en zelfgemaakte koek staan er vrij snel, zonder het te vragen. “Het koffieservies dat uw aandacht trok is een erfstuk, ik kan het niet wegdoen.” “Ik vind het al mooi om het gezien te hebben. Bedacht me heel even wat erin gezeten zou hebben, uiteraard na gebruik. Veel mensen bewaren spullen in dit soort kannen.” “Briefjes van duizend gulden, heel veel briefjes, keurig opgerold in een zakje met watten. Het kwam destijds heel mooi uit. Ik heb er een heel mooie verzameling voor gekocht.”
Georgette staat op en loopt naar de winkeldeur. Ze draait het bord ‘open’ om. “Ik laat u mijn lievelingscollectie zien… boven. Daar woon ik ook.” Ik gok en ga geheel tegen mijn gewoonte in als eerste naar boven. Officieel moet het, maar niet in het huis van een ander. Dan is het gewoon wachten tot de ander bijna boven is. Georgette volgt en boven wacht ik weer tot ze het overneemt. Iets aparts had ik wel verwacht, maar zo een grote collectie alleen al aan zwepen en bokken overtreft echt alles. Haar huis is en ademt BDSM. Een kruising van een museum, kelder, zolder en kerker. Elk hoekje is weer anders. Overal mogelijkheden.
“Dit is echt heel bizar… Echt zo mooi!” Vol bewondering kijk ik rond. Zij staat nog steeds op de bovenste trede. “Ik vermoedde dat uw interesse in deze richting is. Uw ogen…” Even ben ik de uitdagende Georgette kwijt. Het geheel raakt me, het windt me ook op. Ben ik normaal van de heel lange adem, nu smeed ik voor het eerst het ijzer, omdat het zo heet is. “Omkleden, Georgette. Donkerblauw, liever nachtblauw: de lingerie. Passende kleding en schoeisel… en dat…,” ik wijs naar haar haar, “… opsteken. Je parfum is in orde.” Ik zeg het zonder aarzeling, voel me sterk en kijk haar alleen maar aan, om op hetzelfde moment dat zij zich omdraait verder te kijken naar deze fantastische collectie. De bok in een ietwat schemerige, maar grote hoek, ingericht als een stukje in een kerk, compleet met een prachtig traliewerk, zorgt ervoor dat ik kennis wil maken met haar.
2.
Terwijl ik mijn ogen uitkijk naar haar verzameling attributen en de prachtige inrichting, hoor ik Georgette in een kleedkamer. Met opzet heb ik geen tijd genoemd. Ze mag zelf inschatten hoelang ze mij laat wachten, hoeveel tijd ze nodig heeft om te voldoen aan mijn opmerking.
Geen seconde heb ik mij verveeld als zij met een heel kleine kuch laat merken dat ze weer aanwezig is. Snel neem ik haar in me op en ik laat niet merken dat ik verrast ben. Een bijzonder mooie kledingkeuze, het sluit zo mooi aan bij de contouren van haar figuur. Een strakke rok tot net boven de knie, een getailleerd jasje en daaronder een blouse. Daaronder is net een kanten bovenrand te zien. Later zal ik merken of het een topje, een body of alleen een bh is. Het staat haar prachtig, geheel in het donkerblauw, net als haar pumps. Ze draagt kousen of een panty. Het haar is nonchalant opgestoken en de bruine ogen… haar bruine ogen vertellen al zoveel meer nu. Zij wil(de) mij… Nu wil ik deze vrouw, op mijn wijze.
Ik wijs naar de ruimte waar eerder mijn oog op viel. Met een moment een heel lichte buiging door de knie en het hoofd naar beneden, antwoordt ze mij. Draait zich daarna om en loopt de ruimte in. Er luidt een kerkklok met iets langere stiltes tussen elke slag dan normaal en dan start Gregoriaanse zang. Het verrast me enorm. Deze vrouw is een perfectionist. Even vraag ik me af hoe vaak ze hier met anderen is geweest, ongetwijfeld zal het iedere keer anders zijn. Deze vrouw weet wat ze wil en kan hoogstwaarschijnlijk veel hebben. Het sfeergevoel dat ze heeft, spreekt mij enorm aan. We zijn in een kerk, we zijn in een gedeelte waar niemand ons ziet, en wat dan nog, we zijn bij elkaar en we zullen zien wie we zijn, waar we samen naartoe gaan. Het idee dat haar kreten de Gregoriaanse zang gaan overstemmen of mooier gezegd, haar kreten gaan begeleiden, windt me enorm op. Het gebeurt niet vaak dat ik zo in het moment zit als nu.
“Bidstoel.” Op een heel vrouwelijke wijze neemt ze plaats op de bidstoel, ze gaat zitten! De uitdaging is dus direct begonnen. Dacht ik dat zij de zitting dicht zou klappen en geknield plaats zou nemen, nu zit ze met de benen strak tegen elkaar, de voeten iets schuin naar links en de handen keurig gevouwen in haar schoot. Uiteraard beheers ik me en laat ik haar genieten van deze tussenstop, doe alsof ik uit het veld ben geslagen. Het toneelspel met ware karakters is begonnen. Toneelspel? Dit is het toneel waar Georgette en ik elkaar gaan ontmoeten.
“Ogen sluiten, Georgette, neem plaats op de bidstoel en vertel mij waarom ik de moeite zou nemen om jou als meester nog verder tegemoet te treden.” Zij staat op, trekt haar rok een beetje recht, klapt vervolgens de zitting op en neemt plaats op het balkje dat haar knieën ondersteunt. De onderarmen steunen op de gestoffeerde bovenplank, de vingers ineen. Gaat ze bidden (en hopen dat ik haar oppak) of smeken (dat ik haar neem)?
Aan alles merk ik dat ze opgewonden is. Behoorlijk ook. Ik niet minder trouwens, maar stap voor stap gaan we erheen, naar een ontlading waarvan ik nog geen idee heb op welke wijze die gaat geschieden. De ruimte en sfeer zijn perfect, deze vrouw is een te mooi mens om haar zomaar mee te nemen. Haar kleding houdt ze voorlopig aan, het moment dat ik het van haar lichaam wil scheuren is vroeg genoeg om het haar deels te laten uitrekken.
Om de bidstoel heen lopend, neem ik haar helemaal in me op. Zo is de versiering om het haar bijeen te houden ook donkerblauw. De zolen van de pumps zijn nog zo goed als nieuw. In een hoek hangt een doedelzak en een kilt, erachter, ietwat bijeengehouden, de vlag van Schotland. De naam Beth schiet door mijn hoofd… ‘Gewijd aan God’, zal ze straks gewijd zijn aan mij, haar meester voor dit moment?
Voor haar staand, zeg ik: “Je hebt mijn aandacht, ik luister… Beth”. Georgette kijkt direct op, in mijn richting. Mijn blik is strak, geen uitleg aan haar verschuldigd. Ze schuifelt iets met haar knieën en slaat dan haar ogen neer. “Master… eh… meester, u… eh… u…”
Georgette denkt snel na, overlegt met zichzelf. Ze beseft dat lang niet elk antwoord een vervolg hier zal geven; in een paar stappen ben ik weer beneden. Ze beseft ook dat mij niets ontgaat en dat niets een logisch gevolg is. Haar naam is ze al kwijt en dan moet het eigenlijk nog beginnen…
3.
Voor mij is zij Beth, voor zichzelf blijft ze natuurlijk Georgette. Met wat ik in haar zie, wil ik haar, met liefde, Beth noemen.
“Meester, u kunt mij gebruiken.” Misschien wel het eerste waar zij aan dacht, maar wat ik helemaal niet wil horen. Ik gebruik haar niet, ik neem haar mee. Zij gaat zelf laten zien hoever ze mee wil gaan. Natuurlijk raak ik opgewonden en ben ik dat behoorlijk zelfs, maar juist de interactie gaat ons ergens brengen. Haar mooie lippen om mijn penis, het is nog heel ver weg, als we daar al uitkomen.
Naarmate mijn zwijgen langer duurt worden haar vingers wit, de toppen van haar vingers rood. De bidhouding verstevigt. Is zij gewend meteen aangepakt te worden? De spanning neemt toe bij haar?
“Op weg naar deze ruimte zag ik een aantal oude bijbels staan. Er staat geschreven: ‘Vergis u niet. Alleen horen is niet genoeg, u moet wat u gehoord hebt, ook doen.’ Jakobus…” Zij antwoordt direct: “1:22.” Haar antwoord verrast me niet alleen, het maakt me ook gelukkig.
“Je hebt mijn ogen gezien, Beth. Ze brachten je hier, omdat jij dat wilde. Je hebt mijn woorden opgevolgd met betrekking tot je kleding, de bidstoel… omdat jij dat wilde. Je volgde… om bevredigd te worden of om mij te leren kennen?” Beth zwijgt, ik laat haar even. Dan: “Vertel mij eerst waarom ik de moeite zou nemen om jou, als meester, nog verder tegemoet te treden.” “Omdat u mij ziet, ziet wie ik ben. Ik wil voldoen aan uw woorden om u… om u… nee, om bevredigd te worden… Maar ik besef op dit moment dat ik u eerst ga leren kennen… dat de houding waarin ik zit misschien al alles is wat u mij op dit moment wilt geven. Bidden dat u blijft… Uiteindelijk wilt u mij horen smeken.” Een lach verschijnt om haar mond.
“Benen bij elkaar houden, Beth.” Het is overduidelijk dat zij zich hiermee verraadt. De situatie windt haar op, het woord ‘smeken’ doet mij veel. Dat ze zal smeken is onvermijdelijk, de juiste blik in haar ogen zal beslissen hoe ik daarop reageer.
“Handen op de rug, hoofd op het bovenste plankje, linkerwang vrij.” Mijn hand leg ik teder op haar gezicht. De eerste aanraking. Vingers die haar liefhebben, vingers die haar… “Luister, Beth. De bok in deze ruimte wil ik niet werkeloos laten toekijken. Jouw lichaam zal de bok sieren, zoals de indrukken van mijn handen eens jouw lichaam zullen sieren.” Mijn vingers strelen haar gezicht. “Waar wij heen gaan is gelijk onze waarheid, het ligt in het midden, niemand kent haar grenzen.” De vingers gaan richting haar hals en omsluiten haar nek. “Laat me je begeleiden naar het midden.”
4.
Twee vingers pakken een plukje haar en trekken eraan. Beth ademt iets zwaarder. De toppen van mijn vingers strelen haar nek en glijden in haar lokken. “Meekomen Beth!” Ze kan ook echt niet anders. Ik neem haar mee, oplettend dat ze de tijd krijgt om op te staan, maar niet te langzaam. Naast de bok, precies onder een spotje, beweeg ik haar hoofd zo naar beneden dat ze vanzelf gaat knielen. Ze pakt mijn jasje vast als ze haar evenwicht bijna verliest. “Pas een beetje op, wil je…?” De toon waarop ze dit uit, zegt mij voldoende: ze is nog niet bij mij.
“Je wilt dat ik op je pas, Beth, een beetje…? Dacht je werkelijk dat ik zomaar iets aan het doen ben met je? We zijn op weg naar het midden en niet op weg naar bevrediging. Het is me echt wel opgevallen, maar voor een snelle wip met een vleugje BDSM, hoe mooi deze ruimte ook is, zal je een ander moeten zoeken.” Met een hand schuif ik de bok opzij. Beth kijkt me zo teleurgesteld aan dat het vermoeden rijst dat ze de bok liefheeft. Van een plank pak ik vier lederen boeien en ik gooi deze voor haar, op de grond. “Omdoen.” Al tijdens het uitspreken van ‘omdoen’ begint ze haar kleding los te maken. “Beth! Waag het niet je uit te kleden. Fatsoeneer je kleding, doe de boeien om en neem plaats voor het kruis. Pumps weer aan.”
Het kruis heeft de vorm van een plusteken. In mijn gedachten loop ik met Beth een leegstaande kerk in en laat ik haar de hele kerk zien, maar dan anders… Eindigend op een marmeren altaar waar ik haar, nadat ze urenlang de koude kerkvloer heeft ervaren en tussendoor, vastgebonden aan de spijlen van het inwendige hekwerk het klappen van de zweep heeft gehoord en gevoeld, heel fijntjes voorbereid op het tot de mijne maken van deze vrouw. Ze zou willen dat ik het bordje ‘gesloten’ zou hebben gezien.
Ik verberg mijn opwinding bij deze gedachte en laat haar tegen het kruis staan als ze zelf de boeien heeft vastgegespt. Met kleine stukjes touw maak ik de boeien stevig vast aan het hout. “Mijn kleding…”, sputtert ze licht. Ik til haar kin op met een vinger en zeg dat ik de kleding van haar lichaam scheur op het moment dat het mij uitkomt. “En er ligt hier genoeg scherp gereedschap om je kleding te verwijderen, daar waar de boeien mij zouden verhinderen het te scheuren.” “Oh nee, dat doe je niet.” Ik knik slechts met mijn hoofd en straal uit dat het slechts een kwestie van tijd is. Haar bruine ogen moeten mij wel geloven. We zijn in het midden en grenzen zijn ver te zoeken.
De speldjes uit haar haar trekkend en met een wegwerpgebaar op de grond gooiend, laat ik haar staan en loop ik de ruimte uit. Een lichtknop is gauw gevonden. Nu is het donker en stil, alleen het Gregoriaanse gezang is op de achtergrond te horen. Beth laat een ‘Hey…’ horen. Ik zwijg, wat een sfeer! Ik waan me in de hemel met haar als mijn gedachten weer afdwalen naar het altaar. Misschien ooit. Voorlopig is het hier een onverwacht hemels genoegen.
5.
Na tien minuten: “Hoe heet u, hoe mag ik u noemen?” Het is een stapje. “Beth sprak mij eerder aan met ‘meester’, dat voldoet voor nu”, zeg ik vrij helder maar kortaf. “Bent u bang dat ik wegloop, omdat u mij heeft vastgemaakt?” “Het lijkt mij eerder een geste van mijn kant dat Beth niet haar armen gespreid hoeft te houden zonder steun.” Haar plan om mij nu al te verleiden om haar los te maken, slaagt natuurlijk niet.
“Beth heeft om drie uur hier een afspraak, wilt u daar rekening mee houden.” De zin eindigt niet vragend. “Hier?” “Nee, beneden… in de winkel.” “Beth… krijgt straks de gelegenheid om deze af te zeggen.” “Maar…” Haar onderbrekend: “Ik zal haar telefoon halen en deze aan het linkeroor van Beth houden. De code interesseert me niet.” Een stilte volgt. “Vastgebonden achterblijven, de enige zekerheid die Beth heeft is dat dat niet zal gebeuren. Hoewel ik ook nog lang niet wegga. Er is hier zoveel moois waar ik haar mee kan verblijden, dat zij natuurlijk met alle plezier de afspraak verzet, zeker niet naar morgen.” Beth zwijgt. Hoopt ze dat ik haar vraag waar de telefoon is, dan blijkt dat ijdele hoop te zijn.
Rustig loop ik naar beneden en ik vind al snel naast de kassa haar telefoon. Bovenaan de trap zie ik een ander paneel met knoppen. Lichtknoppen voor alle ruimtes en het woord ‘zolder’ kent ook drie knoppen. Het licht waar zij staat, laat ik uit. De andere knoppen draai ik iets, zodat er weinig maar voldoende licht schijnt op de andere ruimtes. Met verbazing zie ik nu hoe groot het werkelijk is. De laatste ruimte is verrassend: een altaar. Een kerkbezoek is niet eens nodig, het idee dat ik haar de komende uren al tot de mijne heb heb ik niet, hoef me ook niet in te houden. Opwinding en daadwerkelijk ontvangen worden met alle égards is een heel groot verschil. Dat mag ook bij een volgende ontmoeting. De strijd is echter nog niet gestreden, klikt het ook als we verder zijn, ik haar losmaak en zij direct laat zien dat ze mij accepteert? Mijn houding moet voldoende zijn, wat we samen beleven zal dan alleen maar plezierig zijn. De balans tussen ongemak en pijn, het evenwicht tussen wat ze aankan en wat ze kan geven aan mij, als haar meester.
Het lichtknopje voor de ruimte waar Beth staat, draai ik iets naar rechts. Summiere verlichting, maar voldoende om haar gezicht goed te zien. “Code.” Nog voor ze iets zegt, druk ik de cijfers 1, 9, 3 en 0 in. Het beeldscherm licht op, het is nog maar elf uur, ik houd de tijd voor haar verborgen. Ik lach vanbinnen, dat koffieservies is toch een mooi geheugensteuntje.
“Jacqueline.” Ze zegt het op zo een toon dat het mij meteen doet besluiten de telefoon weg te leggen.
“Oké Beth, wat is er gaande? Jij verleidde mij om mee naar boven te gaan, ik zie een mooie sub, misschien wel slavin, voor mij staan en vermoedelijk was jij op weg naar seks, gebruikmakend van een en ander in deze fantastische ruimte… Ik ben op weg naar wie jij bent… en Beth gaat mij dat laten zien. Alles wat met slaan te maken heeft, blijft hier mooi aan de muur hangen of op de kasten liggen, zelfs in laden zal ik hier echt van alles vinden… Het is werkelijk een prachtige collectie. Maar het blijven hulpmiddelen. Nee niet eens, gewoon soms, wel echt bijzondere attributen hoor, om, als ik het zou willen, even op je los te gaan, je te geven wat je verlangt. Maar dat is helemaal niet ter sprake. Gekleed ben je en blijf je. Ik kom terug op de vraag: waarom ik de moeite zou nemen om jou, als meester, nog verder tegemoet te treden?”
“Als ik nu mag bellen.” “Pardon?” “Als ik nu mag bellen zeg ik toch!” “Vind je het goed dat ik je alleen laat met de telefoon… en de deur rustig achter me sluit?” Ik maak een handbeweging om haar linkerpols los te maken. “Nee”, het klinkt heel zacht. Gelukkig voor haar hoorde ik het wel. “Wat gebeurt er met mij… meester?” Ze slaakt een diepe zucht terwijl ik haar losmaak. Beth blijft staan, met de armen gespreid. Wederom druk ik de code in en ik vind in haar contacten tweemaal de naam Jacqueline.
Nauwelijks hoorbaar geeft ze aan dat ik de eerste moet hebben. Tot haar geluk wordt er niet opgenomen en spreekt ze haar verhindering in. Haar stem is niet stevig. Je zou eruit op kunnen maken dat ze zich niet lekker voelt. “Meer afspraken of iemand die bellen kan met een zeer dringende boodschap, moet of wil je bereikbaar zijn tot…?” Beth staat doodstil en schudt haar hoofd: “Nee… meester.”
“Ontspan Beth, armen naast je lichaam en voeten iets van elkaar af.” Ze wacht heel even en doet dan wat ik gezegd heb. Het hoofd is gebogen en haar lokken vallen deels voor het gezicht. Ik doe een paar stappen naar achteren, maar niet zo ver dat mijn schoenen uit haar zicht zijn.
Is dit de eerste stap die we samen nodig hebben? Ik blijf haar aankijken en zeg: "Je meester luistert…"
6.
Hoe komen we dichter bij elkaar?
Ze volgt tot nu toe, omdat zij het wil. Ik geef slechts aan. Als Beth een antwoord geeft, als ze het geeft… zal ze over zichzelf gaan vertellen en dan is het aan mij om dat op te pakken, haar bijna voorbij te gaan en weer mee te nemen, vlak bij haar te blijven.
De spanning neemt toe. Haar (stil)zwijgen en mijn geduldig wachten gaan gelijk op. Een beetje wil ik haar weghalen bij de lichamelijke opwinding. Makkelijk kan ik zonder, maar mag ontvangen wat ze mij zou willen geven, het zo mooie samenspel van geven en nemen.
“Beth…?”
Ze blijft stil, blijft net als ik stil staan. Ik wacht, zij wacht nu ook. Het Gregoriaanse koor verdwijnt naar de achtergrond en is dan ook stil. Slechts het kraken van de vloer is te horen als een van ons een voet verplaatst.
Echt veel later doorbreekt Beth de stilte: “Laten we geen tijd verliezen…” “Met haast winnen we niets Beth, helemaal niets.” “Wilt u mij even vasthouden, ik voel u… voel ik u goed?” Snel zet ik de eerste stap, zodat Beth weet dat ik naar haar toekom. Ik hoef mijn kracht niet te laten gelden. Ze voelt deze, en anders is het gewoon afwezig. Heel voorzichtig sluit ik haar in mijn armen. Beth legt een hand op mijn heup en legt een hand op mijn borst. Heel licht duw ik haar hoofd tegen mijn schouder. Minuten verstrijken. Dan kijkt zij omhoog, gaat ze op haar tenen staan en zoekt ze mijn lippen. Ik kus haar voorhoofd.
“Nog niet Beth, nu nog niet”, ik zeg het zo zacht mogelijk. "We willen dicht bij elkaar zijn. Het verlangen naar elkaar heeft een eigen bloeiwijze. Wat er nu groeit tussen ons heeft geen water nodig, de bodem is rijk."
Alle tijd om te ervaren of het een bloem van een vaste plant is of het een snijbloem blijkt te zijn.
7.
Proeven.
“Ik… eh, ik heb me niet…” Snel leg ik een vinger op haar lippen. “Je bent wie je bent, Beth en zoals je nu bent is voor mij voldoende. Voel je vrij.” Haar hoofd rust weer op mijn schouders.
“Ga je mee, Beth? We zien vanzelf waar we heen gaan, wees jezelf en doe niet wat je denkt dat ik leuk vind, weet dat ik onvoorspelbaar en vasthoudend ben.” Deze woorden komen vanzelf. Geen idee of ik deze ooit weer zou herhalen. Dat Beth niet antwoord, maakt me niet onzeker. Wat zij ergens in de komende minuten zegt of doet zal het antwoord zijn. Het is of het is niet. Als het is, zegt dat niets over de verre toekomst, hooguit over de komende uren.
Ze maakt zich los van me, pakt mijn handen en zegt: “Is het verschil niet te groot, jij… u heeft geen haast, ik wil graag snel aan mijn lichamelijk verlangen voldoen, in de BDSM… Lust op het eerste gezicht… U bent veel meer van liefde op het eerste gezicht.” Direct daarna kruipt ze weer tegen mij aan. Ik sla weer mijn armen om haar heen. Haar woorden verrassen me en ik geniet van de schoonheid ervan. ‘Lust op het eerste gezicht’, wat prachtig… en wat ver van mijn gedachten af. Om dichter bij haar te komen is een grote uitdaging, misschien niet eens zó groot als we nu al zo intiem zijn door eerlijk onze gedachten te delen en onze lichamen elkaar bijna zonder enige beweging leren kennen. We staan al minuten zo als ze fluistert dat ze mee wil, graag mee wil.
“Ik wil straks graag voor je koken…” Ik knik: “Lijkt me heerlijk Beth, als ik je ergens mee kan helpen of iets kan doen…” Zij pakt mijn kin beet. “Eén kus meneer, slechts één kus… dan weet ik hoe u smaakt.”
Gaat dit te snel? Een klein dingetje van mij is dat als iemand niet weet te kussen, het vroeg of laat ertussen gaat staan. De lippen en tong spreken misschien nog wel meer dan de ogen. Ze wacht niet af en kust me vol op de lippen. Richt haar hoofd op en zegt: “… met de tong proeven… Mag ik… Wilt u…?”
Lachende ogen kijken elkaar aan, proeven we elkaar de volgende seconden of doelt ze op haar kookkunst?
8.
“De kus hoef je niet te verdienen Beth, deze zal plaatsvinden als het mij schikt. Pas op dat je mijn tong niet mishandelt met je kookkunst, ik ben een fijnproever… maar dat weet je natuurlijk al omdat je hier voor mij mag staan.”
Op dat moment laat ik Beth los. “Vanaf nu spreek je mij aan met ‘baron’. Het is aan jou of je dat verder met ‘u’ of ‘je’ doet, doe het zo normaal mogelijk.”
Haar tong gaat langs de lippen, ze verleidt me er niet mee. Dat ze het probeert, stemt me wel vrolijk.
“De bok, deze staat er niet zomaar. Stel dat ik zeg dat je met je rug op de bok gaat liggen, ik je polsen en enkels aan de poten bind en je hoofd achterover naar beneden hangt…” Beth spreidt haar benen iets, een duidelijkere reactie hoeft ze niet te geven. “… dat ik je dan overal kan raken, of je nu gekleed bent of ik de kleding van je huid trek en daarna mijn handen even de vrije hand geef.” Beth haar ogen stralen: “Niets liever dan dat ba… baron.”
“En Beth, stel dat ik je daarna verwen…” Ik pak haar bij het haar beet. “… door mijn penis in je mond te laten glijden, en als je deze met je tong en lippen genoeg hebt geliefkoosd, deze verder glijdt en het zaad rechtstreeks je keel in spuit…”
Beth haar ogen draaien bijna en ze zegt verlangend: “Wacht niet langer baron en voer uw plan uit, niets liever dan dat, ik… ik verlang zo naar de bok, de klappen, uw penis te mogen proeven en dat het kwijl uit mijn mond loopt. Het zou me zo gelukkig maken.”
Haar lokken laat ik los, ik duw haar van me af en zeg: “Gelukkig? Nou, je maakt baron daar op dit moment helemaal niet gelukkig mee en daar gaat het jou op dit moment toch om… BETH?” Ze kijkt me alleen maar aan en voelt zich ongemakkelijk worden. Juist op het moment dat ze wil wegkijken, ga ik verder: “Ik lees je en wat ik lees is mooi, denk echter dat we de bladzijde omslaan, of veel beter: het boek dat jij hier al zo vaak hebt gelezen, dichtslaan en eens zonder boek verdergaan. Dat het water uit je mond loopt, niet omdat er een penis in aantocht is, maar omdat jij iemand gaat verwennen… door je wil om hem te verwennen, soms alleen maar door het uiterste van jezelf te geven en daarmee te ervaren dat er nog veel meer te ontdekken is. Dat maakt mij gelukkig. Aan wat ik wil met je, ontkom je niet. Ook zal het je aan niets ontbreken, althans in de beperkte tijd die we hebben… als ik blijf.”
“Blijf alsjeblieft baron, als je wilt. Kan ik het wel aan, de lust overheerst bij mij echt… de lust overheerst mij… Kan ik het wel aan als het water kwijl blijkt te zijn?” Het liefst zou ik haar nu in mijn armen nemen, wat een heerlijke opmerking. Ze meent het echt en kijkt zo mooi naar me met haar bruine ogen. We naderen elkaar in snel tempo.
“Muziek wil ik horen Beth, wil je mij laten horen wat je mooi vindt? Je mag naar de installatie lopen.” De laatste zin veranderde direct haar uitdrukking. Een soort van vechtlust in haar ogen die mag blijven, maar waar ze vanaf nu meer en meer van zichzelf, niet overheen mag gaan. De uitdaging is groot, voor haar, niet minder voor mij.
9.
Niet veel later klinkt Paolo Conte, ‘Via con me’. Beth verrast me. Ze is vlakbij waar we zijn, althans, ik denk dat ze precies weet wat ze doet. Aan mij om haar daar weg te halen.
"Ik kook graag op de muziek van Paolo Conte", zegt ze, nog met haar rug naar mij toe. Langzaam draait ze zich om, ze sluit haar ogen en houdt de handen opengevouwen ter hoogte van haar navel. “Baron…”
Net hield ik haar vast, vast in mijn armen. Nu is ze klaar om te ontvangen wat ik van plan ben met haar, samen met haar weg… Via con me…
“Beth…” Langzaam loop ik naar haar toe en ik neem haar gezicht in mijn handen. De oogleden knipperen, blijven daarna gesloten. Ik kus haar op de lippen. De diepe adem uit haar neus verwarmt mijn gezicht. “Laten we een warm bad nemen, vergeet buiten. Het is niet erg dat je niet geschoren bent.” Beth haar ogen gaan direct open. “Hoe weet…?” “‘Ik ben niet…’, zei je eerder zonder je zin af te maken. Laat mij Beth, ik neem je mee.”
10.
Als we bij het bad staan, dat nogal groot is uitgevallen, kleden we ons uit. “Hoe wist je dat ik een bad in huis heb?” Mijn antwoord is vrij duidelijk: “Niet.”
Eenmaal in bad, we zitten tegenover elkaar, wijst niets op een andere relatie dan gezellig in bad. Zo heb ik het graag. We praten veel over haar winkel en de inkoop. Een toevalstreffer dat we het samen zo met elkaar vinden? Kwestie van gevoel. Ik kleed haar niet uit met mijn ogen en zij geniet van de vrijheid om te zijn wie ze is.
“Bent u straks nog iets van plan… met mij?”, vraagt ze, starend naar mijn borst als ik wat warm water aan het bijna volle bad toevoeg. “Veel, heel veel. Geen idee nog of ik iets gebruik van alle mogelijkheden in de door jou zo fijn ingerichte ruimtes.” Ongelovig kijkt ze me aan: “Niet?”
Terwijl ik de kraan dichtdraai, leg ik met mijn andere hand een vinger onder haar kin. “Laat zien wat ons samenzijn je doet, Beth. Ik gebruik je ruimte als dat in het geheel past. Ik wil eerst zien wie je bent, wat je wilt en kunt laten zien als je voor me staat. Iets heb ik al gezien, we gaan echter verder. Stap voor stap. Hoe reageer je op mijn blikken, mijn woorden? Zie en voel jij wat ik voel, Beth? Accepteer jij mij? Ook voel ik me vrij genoeg om…”
Haar benen drukt ze tegen die van mij aan. “… vrij genoeg…”, zegt ze en ze zakt onderuit, haar hoofd onder water. Haar voeten raken mijn buik, ik pak haar enkels. Ze weet het, voelt het. Het gaat om haar. Nu gaat ze letterlijk onderuit, ik neem haar straks mee. In de bovenste lagen wijs ik haar welke weg ik bewandel, daarna lopen we uitsluitend op haar pad. Zij zal dieper gaan en daarmee ons naar een hoger niveau brengen. Beth geef ik alle ruimte en ik laat haar niet los. De touwtjes uiteindelijk buiten haar bereik… Ik heb geen haast.
11.
Beth komt weer boven water, een hand gaat over haar gezicht. Haar enkels heb ik nog vast, wat inhoudt dat haar buikspieren behoorlijk ontwikkeld moeten zijn. “Wat kan ik voor u doen?” Haar stem klinkt anders, bijna dienend. “Verras me, Beth.” “Mag ik iets te eten voor u klaarmaken, blijft u in bad dan ben ik zo terug… Ja?” Ze verrast me zeker met deze opmerking. We blijven in bad, alle tijd om dichter bij elkaar te komen. We verstaan elkaar.
"Waar wacht je nog op, Beth?", zeg ik met een knipoog en ik laat haar enkels los. Snel sta ik op en reik ik een arm naar haar, ze gebruikt deze om op te staan. Even houdt ze mijn arm stevig vast en kijkt ze me aan. Niet vragen wat ik lekker vind, denk ik… Ze was het vast ook niet van plan. Zwijgend stapt ze uit het bad.
Niet veel later komt Beth terug met een groot dienblad in haar handen. Olijven, kaas, stukken brood, twee glazen en een fles wijn vullen de ruimte. Ze plaatst het op het deel waar zij net in het bad plaatsnam. “Sta mij toe…” Beth wacht niet op een antwoord en neemt plaats voor me, haar rug tegen mijn borst. Wederom verrast ze. Haar natte haar strijkt ze uit haar gezichten en ze schuift het dienblad naar ons toe. “Wilt u de fles openen?” Ze reikt mij de kurkentrekker aan, haalt diep adem en wacht. Het vullen van de glazen is het enige geluid dat nu de ruimte vult. “Rijke mensen klinken de glazen niet”, fluister ik in haar oor als ik haar een glas geef.
Zoals we nu op weg zijn: de rust, de intimiteit en geen enkele haast, het kan niet anders dan dat onze ontmoeting verreikende gevolgen heeft.
12.
Hoewel we lang met elkaar spreken over de meest uiteenlopende onderwerpen, blijft ze mij aanspreken met ‘u’. Gecombineerd met de hapjes en de wijn is het een heel onverwachte, maar tegelijk een haast vanzelfsprekende middag geworden. Dat de andere kant van ons na het bad echt ruimte gaat krijgen, staat vast. Voor het bad was een licht voorspel, we pakten het goed op.
Af en toe duwt ze haar rug tegen me aan en kijkt ze schuin omhoog, naar mij. Na de derde keer kus ik haar op het hoofd, net boven haar oor. “Gezellig, Beth. Als het water te veel gaat afkoelen, wil ik dat je uit bad gaat en je je afdroogt. Je kleedt je aan als je niet verder wilt.” Ze draait zich nu helemaal om. “Maar…” Een vinger op haar lippen voorkomt dat meer woorden haar mond verlaten. “Ik weet het Beth, wil het open laten. Vergis je niet in de ruimte die je niet krijgt.” Dat ik deze zo klein wil laten worden dat ze zichzelf net niet verliest, is de grootste uitdaging.
Na een kwartier stapt ze uit bad en droogt ze zich af. Ik doe hetzelfde. Ze trekt alleen een slipje en een shirt aan, beide nachtblauw van kleur. Het staat haar goed en de deels opgedroogde blonde lokken steken mooi af. Ik kleed me zorgvuldig helemaal aan. Uit mijn zak haal ik een zijden veter en daarmee bind ik haar duimen aan elkaar.
“Ik kan niet wachten op het vervolg.” Ze zegt het zachtjes en op zo een vrolijke en verlangende toon dat ik even aarzel, maar dan toch zeg: “Ik wel, met het grootste gemak.” “Zullen we mijn favoriete deel in stappen?” Het is duidelijk dat Beth niet snel opgeeft. Op deze zin reageer ik helemaal niet, wat een ietwat teleurgestelde blik oplevert. “Dan heeft u mij helemaal!”
“Beth, bad leeg laten lopen, alles opruimen, het bad schoon- en droogmaken.” Ik zeg het terwijl ik mijn haar met mijn vingers kam. “Oh nee, we gaan wat doen. We, niet ik alleen. Dat bad maak ik vanavond wel schoon.” Ze maakt een beweging met de armen die er nogal grappig uitziet nu haar duimen verbonden zijn. “Je kon niet wachten op het vervolg, vertelde je me net. Dit is het vervolg. Ik kijk, zo zijn we samen bezig. We! Daarna draaien we de rollen om en zal ik iets doen terwijl jij toe mag kijken.” Ik leg de nadruk op ‘mag’, maar dat heeft ze niet helemaal door. “Het kan zich net zo goed in dit bad afspelen als ergens anders in deze ruimte. Daarom maak jij nu het bad schoon, Beth.” De laatste zin zeg ik op een toon die veel meer neigt naar een uitleg dan een opdracht.
In alle rust neem ik de verschillende ruimten in me op. In één ruimte staat alleen een stevig antiek kastje. Ik ben benieuwd naar de inhoud ervan.
Beth haar gemompel maakt de volgende stap alleen maar leuker. Alsof het bad uit een showroom komt, zo glimt deze als ze op een ietwat onaardige toon zegt dat ze klaar is. “Schoonmaakspullen opruimen en daarna gaan we naar een van deze vertrekken.” Verrast kijkt ze op. “Oh echt, toch wel een van de ruimtes!” Direct vertrekt haar gezicht als ik zeg dat ik in de lades van het antieke kastje vast wel iets vind om haar te plezieren de komende minuten.
13.
De darbuka wil ik horen… vijf, zes minuten, voldoende om een nog mooiere sfeer te creëren. Op haar installatie is het nummer dat ik zocht, snel gevonden. Het moment dat ze terugkomt en ik slechts met de armen naar beneden en met een vinger naar de ruimte wijs waar de antieke kast staat, is de darbuka heel zachtjes te horen. De afstandsbediening is nu perfect. Een kleine tik op de kast is voldoende voor haar. Ze neemt plaats, haar hoofd is nu ter hoogte van mijn schouders, haar onderbenen hangen voor de achterkant. De lades zijn nu goed bereikbaar. Beth weet wat er in de lades ligt, niet wat ik zal gebruiken. Geen enkele volgorde heeft mijn voorkeur. Nimmer geleid door wat anderen bedenken, in het moment handelen geeft de meeste vrijheid.
De muziek neemt meer en meer de overhand. Ik sta achter haar, rustig de lades openmakend om te zien wat zij in de loop der tijd verzameld heeft. Het lijken lades gevuld met spullen voor een bureau en een hobbyruimte. De onderste lade geeft pas de geheimen prijs die horen bij Beth en mij. Als ik goed kijk, lijkt het een dubbele bodem. Ik hoef minder diep te bukken dan de onderkant van de kast aangeeft. “In de onderste lade liggen wat attributen, wel fijn, maar simpel.” De attributen raap ik bijeen, leg deze op de grond en verwijder de plaat die de dubbele bodem vormt. Beth?, denk ik als ik een boek zie en de titel lees: ‘Georgette haar fantasieën’. Beth weet niet dat ik al verder ben of heeft ze een vermoeden dat ik door haar woorden niet verder zoek? “Dat heb ik net gezien Beth, maar ook het…” Beth huivert en spreekt snel. “Nee, dat is te erg. Nooit eerder…” Ze slaat haar handen voor haar gezicht. Het gevoel bekruipt me dat ze verzamelt, dat het inrichten haar hobby is en dat ze best wel een en ander heeft meegemaakt, vooral zachtjes, lief, teder en soms tegen een, al snel bereikte, grens aan. Het heeft echter nooit haar fantasie aangeraakt.
“Beth…?” Haar handen houdt ze dicht op haar gezicht met de handpalmen naar mij toe, immers: de duimen zijn nog verbonden. Als ik het voor de tweede keer vraag en mijn handen op haar knieën leg, sluit ze haar handen en het lijkt alsof ze bidt. De uitdrukking van haar gezicht zal ik nooit vergeten. Ze bevestigen mijn niet-gestelde vraag, vermengd met een groot verlangen naar en angst voor het onbekende. Het is nu aan haar mij mee te nemen.
De darbuka valt stil, het geluid windt mij zeer op, brengt me in een andere sfeer. Een stap terug doen past op dit moment beter. Heel langzaam laat ik haar knieën los en fluister ik: “Georgette, mag ik lezen in het boek?” Het noemen van haar echte naam doe ik omdat zij het boek heeft geschreven. Beth is wie ik zie. Haar handen zoeken mijn handen. “Niet alleen lezen, niet alleen lezen, laat me het ervaren, neem me mee, maar vanaf het begin.” Ze lacht door iets wat op tranen lijkt, heen.
Ze schat me heel goed in door erop te wijzen dat er een begin is en ik niet zomaar een bladzijde opensla en vervolgens ga bladeren.
“Pak het boek en kom bij me staan, ik wil graag dat Beth de inleiding voorleest.”
14.
Nog voor Beth aanstalten maakt om van het kastje af te gaan, maak ik de veter los die haar duimen verbindt. Met het boek nog dicht in haar handen staat ze weer voor me. “Mijn totale overgave…” Snel leg ik een hand op het boek. “Stil maar Beth, ik stap opzij als je…” Lachend reageert ze: “Stil maar baron, wijk nu niet van mijn zijde. Ik laat je graag toe. Hoever onze ontmoeting reikt, zien we vanzelf. Mag ik het boek openen?” Ik leg een vinger onder haar kin en til deze iets op. Ze is veel te druk in haar hoofd. Door haar te laten lezen wordt ze misschien rustig. Zonder aan haar verlangen voorbij te gaan, probeer ik in het eerste hoofdstuk ergens de hand te vinden die ze uitsteekt zodat ik haar kan meenemen in het moment. Scherp op elk woord probeer ik er net boven te gaan staan, zodat ik haar ook werkelijk kan meenemen en zij aan niets anders denkt dan aan waar we zijn.
Beth opent het boek. Ik blijf staan, in tegenstelling tot het plan ergens met haar te gaan zitten. Haar hand gaat over de eerste bladzijde. Een prachtig regelmatig handschrift siert de bladzijde, al zie ik het nu ondersteboven.
‘Hoofdstuk één... Ik verlang naar...’ kan ik lezen, de overige zinnen niet.
“… baron, sta mij toe…” Bijna verbaasd kijk ik hoe ze door haar knieën gaat en keurig rechtop, de bovenbenen gestrekt, voor me plaatsneemt. Mijn hart klopt veel sneller. Wat kennen we elkaar? Hoort dit bij haar verlangen om zo voor te lezen, komt het door het samen baden? Het gebeurde zonder opzet, zonder drang, zonder doel. Beth op haar knieën, het is wie ze is. Mijn verlangen om deze vrouw heel erg goed te leren kennen wordt groter en groter. Nog voor ze haar eerste fantasie, haar eerste verlangen met mij deelt, delen we al zo heel veel.
“Dit heb ik twee jaar geleden geschreven. Deze verdieping was in grote lijnen klaar, ik zat 's avonds op een krukje en dacht een dagboek te gaan maken, wat al bij de eerste woorden een opschrijven van mijn verlangen werd. Heb de volgende dag op internet in Engeland een boek met lege bladzijden gekocht.” Ze houdt het boek omhoog. “Heel mooi Beth, prachtig bewerkte omslag ook. Ik zag het al toen ik deze in de lade ontdekte. Vertel… lees voor, ik ben benieuwd.”
Beth leest voor:
“Zal ik de inhoud van dit boek ooit gaan delen? Durf ik… durf ik mezelf in dit dagboek bloot te geven, mijn gedachten te verwoorden, woorden te geven die makkelijk leiden tot een orgasme? Hoe vaak masturbeer ik niet met beelden voor me waar ik slachtoffer lijk, maar dader ben. Ik geef de opdracht. Vragen om pijn, om vernedering. Het windt me nu alweer op. In grote lijnen heb ik ruimtes ingericht waar ik al mijn fantasieën ingevuld wil zien. Maar nu het klaar is, mis ik iets… iemand, een man, een vrouw, die mij…”
Beth kijkt recht vooruit. “… meeneemt, u noemde het net. Eenmaal in bad besloot ik dat u dat bent.” Ze sluit haar ogen.
15.
Dat ik haar mee ga nemen, is vrijwel zeker. Deze ruimtes prikkelen mijn fantasie zeker, maar het zijn heerlijke nagerechten. De bok was eerder een mooie opwarmer, eerst kijken of we het samen hebben.
Maar nu, als zij aangeeft iets te missen in de vorm van iemand die haar leidt, die zij toestemming geeft haar te leiden, houdt dat tevens in dat zij beetje bij beetje de touwtjes gaat missen, omdat degene die haar leidt deze gaat overnemen. Maar hoe reageert ze op dat missen?
“Voor ik verder lees, mag ik dan een glaasje gin drinken…? Ik vind het nogal spannend worden en weet niet of ik de geschreven woorden durf uit te spreken.” “Tanqueray Gin, Beth?” Dat ik bij deze vraag kwijl uit haar mond zie lopen terwijl dat er niet is, komt waarschijnlijk door haar prachtig bruine ogen en verlangende blik die me uit balans brengen. Ik zie haar schoonheid door alles heen sijpelen. Zij weet welke tekst er staat, voor haar van grote betekenis. Als ze het met mij deelt, is ze misschien maar een stap verwijderd van het beleven. Twee jaar… twee jaar… het is lang.
“Ja, Tanqueray Gin, baron.” Het laatste woord begrijp ik door haar lippen te volgen, het komt zonder geluid uit haar mond. Door mijn hand op te houden, weet ze dat het goed is. Ze mag kiezen: ik help haar op te staan met de uitgestoken hand of ze legt het boek erin. Beth kiest voor het laatste. Het boek in mijn hand houdend, wacht ze. Snel verwissel ik het boek van hand en vouw ik mijn hand weer open. Deze vrouw is veel sterker dan ik tot nu toe dacht. Zich laten leiden, mijn hoffelijkheid niet negerend, ze ziet de stappen. Ik help haar opstaan en loop op gepaste afstand met haar mee.
In de keurig opgeruimde keuken denk ik de perfecte ruimte te hebben gevonden. Hier komt zij aan de beurt!
Ze pakt een voetglas en plaatst het op tafel. “Voor u, baron.” Het andere glas zet ze vlak naast mijn glas. Rustig en met precisie vult ze het glas met de hoeveelheid gin die er voor staat, volleerd voegt ze de overige ingrediënten toe. Ik leg het boek op tafel. Zichtbaar schrikt Beth.
“Hier en nu, Beth. Ik wil je, ik wil je aan deze tafel, welke tekst ook staat in je boek.” Beth schuift het glas naar me toe en wacht tot ik het oppak. Met trillende handen pakt ze haar glas op.
“Ik noem je geen sub of slavin, gewoon Beth. De vrouw die haar fantasieën op tafel gaat leggen, in ieder geval de eerst beschrevene.” Haar naaktheid lijkt nu groter dan zojuist. Haar bruine ogen en inmiddels opgedroogde blonde haar vormen een heel mooi contrast. Bij de eerste slok staart ze naar de tafel.
“Ik luister Beth… en handel.” Bijna krijg ik medelijden met haar als ze het glas rustig op tafel probeert te zetten en naar het boek loopt, het boek dat vlak bij mij ligt. Net voor ze het oppakt, leg ik mijn hand erop. “Er is geen weg terug meer”, fluister ik, hard genoeg om het te kunnen horen. Er is even te veel gaande in haar. Ze pakt zich vast aan tafel en schuift het boek naar zich toe. Ze opent het niet, maar zegt: “… baron, de keuken is van u. Alles wat u kunt gebruiken om mij te raken, geestelijk en lichamelijk… gebruik het.” De laatste woorden sterven weg. Ze buigt voorover en als haar bovenlichaam de tafel raakt, spreidt ze haar armen. Het gerecht is geserveerd.
16.
Terwijl Beth zo ligt, open ik een paar lades. Een keurig ingerichte besteklade, een lade met alleen maar houten gereedschap, van pollepel tot bamboe eetstokjes. De derde lade bevat prachtig, zeer handig keukengerei. Diverse blikopeners, een uienkam, een kersen- of olijfontpitter. Als ik goed kijk, zie ik verschillende groottes hiervan. Ideaal om haar tepels mee te verwennen. Een wat kleinere lade bevat een heuse wokborstel: bamboestengels, aan één kant bij elkaar gebonden. Ook diverse bakkwasten, zo veel in de uitvoering met natuurlijke borstelharen als in kleurig kunststof. Ik vermaak me alleen met deze spullen al wel.
Als ik me omdraai en even bedenk of ik haar polsen verbind op de rug of anders, springt er een kat op tafel. Die kijkt even naar zijn of haar baasje en begint zich dan uitgebreid schoon te likken, op de hoek aan de korte kant van de tafel. Alsof er niets aan de hand is.
Tegenover Beth sta ik nu. Zachtjes laat ik mijn vingers in haar lokken glijden en til dan haar hoofd iets omhoog. “Dat katten een eigen leven hebben, weet ik. Jij bent ook een katje, met scherpe nagels?” Ze knikt. Met iets meer kracht til ik haar hoofd op en ik kijk haar nu aan. “Ja, baron.” “Mooi, kleermakerszit op tafel, billen op een handdoek.” Nog voor Beth op tafel gaat zitten, leg ik een zwarte handdoek opengevouwen neer. Precies daar waar ik haar hebben wil. Met opvallend gemak klimt ze op tafel en gaat ze op de handdoek zitten, recht tegenover de kat die haar alleen maar aankijkt. Dat een andere kat nu om mijn benen draait, maakt het wel heel huiselijk. Beth reageert niet op de katten. Ze weet vast dat ik dat niet zou toestaan.
“Zover mogelijk vooroverbuigen, armen langs je lichaam.” De uienkam is schoon. Deze vrouw is heel schoon. Alles blinkt, alsof de keuken net is opgeleverd. Toch spoel ik de kam af met heet water en wacht dan even. Haar rug maakt kennis met de punten. Een lichte druk en vloeiende bewegingen luiden een steeds harder wordende aanpak in.
“Condooms in huis, Beth?” Haast blij antwoordt ze bevestigend. Condooms heb ik helemaal niet nodig, ik zal haar vandaag zeker niet penetreren. Hoef alleen maar te merken of zij mee wil gaan en zich helemaal overgeeft. Ze zal niets tekortkomen, het tempo mag ze aan mij overlaten.
Meerdere keren spant Beth haar bilspieren en bekkenbodemspieren aan en dat is vast niet alleen een reactie op de tanden van de metalen kam.
De andere kat springt ook op tafel en gaat uitdagend op de zij voor haar liggen. Zoals katten doen: de poten strekken en het hoofd op tafel leggen, alsof de opdracht is: streel me, baasje. In de beide handen van Beth leg ik het brede gedeelte van een pollepel. “Mag je vasthouden.”
“Wat een mooie olijfontpitter heb je in huis!” Het duurt niet lang of ze houdt de pollepels steviger vast. “Met de kersenontpitter is het gevoel vermoedelijk ook lekker… en leuk om te doen.”
De kam gaat over haar billen, al steviger dan de vorige strelingen.
17.
Opeens schiet het erin bij mij. Hoever ga ik met Beth? Zichtbaar geniet ze en de katten kijken niet eens echt op. Haar huid verkennen, maar wil ik verder?
Natuurlijk laat ik niets merken. Met de kam streel ik verder en zet soms de punten in haar huid. Het is te voorspelbaar wat we hier in de keuken doen met een en ander uit de lades. Een klein kunstje om verder te gaan, met bijvoorbeeld een spatel. Waarschijnlijk doe ik haar er een groot plezier mee. De heerlijke aandacht, de fijne pijn, de onwetendheid over het volgende moment. Die onwetendheid brengt me weer terug in het moment, zonder haar uit het oog te hebben verloren. Even een kleine versnelling om haar…
Vanuit haar hals glijden mijn vingers in haar lokken en ze trekken haar van tafel af, met de andere hand deels om haar buik zorg ik dat ze vlak bij me blijft. De pollepels vliegen door de keuken. Als ze op de vloer staat, zakt Beth bijna vanzelf door haar knieën. Ik trek haar hoofd mee naar beneden tot ze vlak boven mijn schoenen is. “Likken, Beth”, zeg ik op een toon die bijna hetzelfde is als ik iemand vraag om de koektrommel even door te geven.
Het duurt even, maar ze doet het. Niet zomaar direct aan de gang, maar even drie tellen wachten en dan actie. Heerlijk! Half werk past niet in haar woordenboek, zo te zien. Ze likt mijn schoen van de punt tot en met het randje waar mijn schoen ophoudt, meerdere keren. Ik laat haar haar los en verschuif heel licht mijn andere schoen. Beth reageert meteen door ook die schoen zorgvuldig te likken, met zichtbaar plezier.
“Beth?” Het likken stopt, haar hoofd gaat iets omhoog, ze kijkt vooruit en zegt: “Baron?” Er klinkt iets moois in haar stem, alsof we op hetzelfde niveau zijn. Deze vrouw is sterk, gaat mee, maar wacht nog even haar kans af om mij heel goed bij de les te houden om te zien wie ik ben, wat ik met haar wil. Ze mag ook niets anders verwachten.
“Pollepels oppakken en kom dan voor mij staan, met de rug naar me toegekeerd.” De lepels pak ik aan en ik leg deze op tafel. De beide katten nemen amper de moeite om te kijken wat het geluid veroorzaakt. Haar schouders streel ik, mijn handen glijden heel licht langs haar lichaam, tot en met de billen. Ondertussen schuif ik met mijn linkervoet haar voeten iets uit elkaar. Ze hoeft niet lang te wachten op de pijn die haar ontbeert. Het eindigt straks op de tafel, dat is zeker.
18.
In de keuken is een blind stukje muur. Precies groot genoeg voor wat ik met haar van plan ben. We staan er nu vlakbij.
“Met je gezicht tegen de muur, verder zo dichtbij mogelijk. Armen naar boven en gestrekt houden, vlakbij elkaar.” Rustig loop ik naar boven en vis ik uit een mand met wandelstokken een bamboestok, een mooi dun maatje.
Met een hand wrijf ik over haar billen. Grijp dan in haar lokken en wacht tot ze haar bilspieren ontspant. Daarna duw ik haar tegen de muur, haar hoofd achterover. Ik wacht op het juiste moment en ga door tot haar snikken niet meer ophoudt…
Ze glijdt langs de muur naar beneden, haar make-up doorgelopen, de lippenstift in strepen te zien om haar mond. Nog vind ik het niet genoeg. Ik trek Beth aan haar lokken omhoog tot ze op de knieën zit en sla twee keer in haar gezicht. Niet hard, wel stevig genoeg dat het geen lieve streling is. Ik houd nauwlettend haar ogen in de gaten. Tot de grens ga ik… maar daar is ze nog niet. Verontwaardigd, na nog twee klappen zie ik pijn en een lichte boosheid. Ik streel haar gezicht en sla dan weer, kort bij steeds. Niet uithalend. ‘Breken’ is een lelijk woord, dat wil ik haar niet, maar ze gaat nu heel erg reageren, water uit haar mond, bijna snot uit haar neus. Ze slaat met haar armen. Ik pak haar beet en druk haar tegen de muur, ze staat, dan houd ik een hand bij haar kin. Haar gezicht in mijn handen.
Ze moet me aankijken. Pas als ze langer wil kijken, kus ik haar heel licht op de mond. Ze pakt mijn armen beet en huilt stil. Ze weet dat dit bij het kennismaken hoort. Met haar wil ik meer, veel meer. Beth kan het, ik zie het en ze wil het. Ben ervan overtuigd dat ze mijn liefde voor zich ziet. Ik houd haar tegen me aan en streel heel zacht haar rug. “Je bent echt, Beth, fijn.” Ik kus haar hoofd, we blijven even zo staan om straks verder te gaan. Eerst mag ze zich opknappen, maar dat blijft nog even in het midden.
19.
In haar oor fluister ik een paar lieve woorden, mijn linkerhand glijdt in haar lokken en houdt haar hoofd zo in mijn handen, net niet trekkend.
“Kopje thee Beth, jasmijnthee. Daarna ga je je opfrissen.” “Niet andersom?”, vraagt ze bijna onhoorbaar. Ik schud mijn hoofd licht.
20.
Onlangs las ik iets over meuk is leuk. Hoe toepasselijk hier om Beth even op een ander spoor te zetten. “Ga eens tussen die meuk beneden iets zoeken dat ik gebruiken kan bij je, op je. Laat je fantasie gaan, Beth.” Ze kijkt me letterlijk en figuurlijk vuil aan. Haar mascara doorgelopen, haar neus niet helemaal schoon. Boos zegt ze: “Hoe durft u, hoe haalt u het in het hoofd om mijn zorgvuldig bij elkaar verzamelde spullen ‘meuk’ te noemen?” Ze slaat met haar vuisten op mijn borst. “Dankzij het koffieservies sta jij hier. Of herken je mooie dingen niet en zie je alleen maar meuk omdat je de waarde ervan niet kan inschatten…? Barbaar!”
Naarmate deze zinnen vorderen, wordt ze bozer en bozer. Ze draait zich om en loopt naar de trap. “Nou, ik ga wel iets zoeken tussen de meuk beneden, weet dat je nog hier bent omdat ik zo verlangend ben en ik wil dat jij mij…” Op dat moment draait Beth zich om en wil ze nog iets zeggen, als ze mijn rechterwijsvinger ziet die alleen maar de beweging maakt dat zij naar mij toe mag komen.
In haar naaktheid staat ze daar. De spiegel zou geen mooi beeld geven, maar wat ik zie is dermate mooi dat ik helemaal warm word. De mengeling van twijfel en verlangen maken haar zo mooi dat ik haar echt alles wil geven, alles wat ze mij aanbiedt om te ontdekken en heel stil probeer ik haar hier en daar uit, kijken hoever ze meebuigt.
Aarzelend beweegt ze in mijn richting. Ik kijk haar zeker niet streng aan, eerder uitnodigend. Als ze voor me staat, zeg ik alleen maar: “Waag het niet met lege handen naar boven te komen, Beth… ‘Jij’ zal dat niet leuk vinden.” Ze kleurt, het maakt haar nog aantrekkelijker. “Zei ik ‘jij’ tegen u?” Ze legt een hand op mijn borst en zegt: “Sorry, ik liet me even gaan, maar u… u kwetste me met het woord ‘meuk’.”
“Beth, juist omdat ik het zo mooi vind, kan en durf ik dit te zeggen. Je mag mij ook leren kennen. Je hebt een prachtige, werkelijk prachtige verzameling beneden in de winkel… en boven in de andere werelden. Maar mijn handen jeuken Beth, laat ze niet te lang wachten… Ze willen jou verwennen.”
21.
Ze is sneller terug dan ik verwacht. In haar handen heeft ze vijf dingen: twee korte kaarsen en een luciferdoosje, een camera en een schaar.
“Mijn fantasie.” Beth houdt haar handen open. Ik mag iets pakken, mijn fantasie is al direct geprikkeld. Ik kan het alle drie makkelijk gebruiken. Maar welke komt het dichtst bij wat zij wil dat ik met haar doe of bij dat wat ze het meest vreest? Ze houdt van de uitdaging.
Ik pak de camera. “In alle poses, Beth?” Ze knikt. Deze leg ik op tafel.
De schaar houd ik even vast, ze schrikt en slikt. Terwijl mijn vingers over de schaar bewegen, begint ze te transpireren. Ze opent haar mond, maar er komt geen geluid. “Als ik het wil, Beth?” Haar hoofd houdt ze angstvallig stil. Ik laat de schaar liggen en pak het luciferdoosje. “In elke hand een kaars en een brandende lucifer bij de lont is het begin van een feest… en waarmee sla ik het gestolde kaarsvet van je huid?” Beth lacht: “Dat hoef ik u toch niet te vertellen?”
Ik leg de schaar op tafel en laat haar de kaarsen vasthouden, in iedere hand één, verticaal. Vraag haar om op de buik op tafel te gaan liggen en haar handen iets voor haar hoofd te houden. Later branden de twee kaarsen en is het wachten tot het kaarsvet op haar handen valt en langzaam stolt. De warmte van de brandende kaarsen is goed te voelen bij haar gezicht. Haar lokken strijk ik naar achteren en deels achter haar hoor. Even gaat er een siddering door haar heen. Glimlachend denk ik dat ze de schaar niet voor niets heeft meegenomen. De dreiging alleen is al meer dan voldoende voor nu.
Vijf minuten later pak ik de kaarsen uit haar handen en laat ik in alle rust kaarsvet breed over haar billen druppelen. Tot de kaars bijna niet meer vast te houden is, verwen ik haar ermee.
“Er afslaan of er af…?” Haar heupen pak ik beet en ik trek haar naar achteren tot haar billen op de enkels rusten. Op het moment dat ik met mijn vingers haar schaamlippen beroer, is de opwinding duidelijk te merken… bij mij. Het er afslaan kan ik bijna niet achterwege laten, het kloppen van mijn penis wint het vooralsnog van dit voornemen.
Ik ga aan de korte kant van de tafel staan en laat mijn vinger het werk doen. Beth kruipt over tafel naar mij toe. “Riem uit mijn broek halen en de knopen losmaken.” Snel en vaardig voert ze mijn woorden uit. Het gestolde kaarsvet op haar handen brokkelt enigszins. Ze wacht op mijn woorden, haar handen vlak bij mijn penis houdend. Klaar om aan te vallen. Wordt het haar tong of zullen haar vingers mij verwennen?
Met de riem in mijn hand, klaar om het kaarsvet van haar billen te slaan, laat ik het moment even zijn. Het gevoel dat ze zich niet kan bedwingen, overheerst. Mijn gedachte wordt bewaarheid. Ik sla de riem een keer in de lucht als haar vingers mijn ballen aanraken. Dat haar tong nog sneller bij mijn penis is dan ik met de riem op haar billen kan slaan, stemt me vrolijk, maar geeft me ook iets wat Beth nog lang heugen zal. De aanraking en de gedachte die ik heb, maken me enorm geil.
22.
De riem komt éénmaal hard neer op haar billen. Het kaarsvet brokkelt, valt deels van haar billen, er zijn natuurlijk meer slagen nodig. Haar tong verrast me en de opwinding die het puntje van haar tong geeft, laat de noodzaak van de riem en het kaarsvet veel minder zijn. Wat ze zonder het te weten in mij losmaakt, is dat ik haar echt pijn wil doen.
De camera. Foto’s wil ze hebben, ik zal deze maken. De schaar. Even slaan mijn gedachten op hol, of deze te stuiten zijn merk ik vanzelf.
Alsof ze in lange tijd geen penis in haar mond heeft gehad! Wat een heerlijk gevoel ook. Wanneer ze zich even terugtrekt en dan na een korte adempauze bijna volleerd de kop weer tussen haar lippen vangt, buig ik me voorover en ga ik met mijn nagels over haar huid, van haar billen tot haar schouders. Over haar rug, langs de zijkanten van haar lichaam. Als ik verder vooroverbuig en zij in een uitermate lastige positie komt, vallen mijn nagels de huid van haar bovenbenen aan. Nu druk ik mijn nagels echt diep in haar huid en ga ik krassend in de richting van haar schouders. Beth laat mijn penis uit haar mond glijden. Hijgend vraagt ze of ik door wil gaan, het woord ‘foto’ erachteraan mompelend.
Vliegensvlug draait ze zich om. Door zich met haar voeten iets af te zetten, schuift haar hoofd over de tafelrand, de opgetrokken benen spreidt ze. Haar mond en schaamlippen zijn op deze wijze een makkelijke prooi voor mijn van het voorvocht glimmende penis, maar dat gaat echt niet gebeuren. De rest van haar huid mag ook gekrast worden? Ook dat blijft vooralsnog achterwege.
Ik grijp in haar lokken, trek haar hoofd omhoog en tik op hetzelfde moment met mijn vingers op haar schaamlippen, deze vol rakend. “Beth!!” Haar enige reactie: “Waren er al druppeltjes bloed te zien bij de krassen?” De manier waarop ze het vraagt, geeft wel een groot verlangen ernaar weer. “Je wilt het overnemen, Beth? Het bloed kruipt waar het niet gaan kan hè?!! Een schrale troost… of zo je wilt, een doekje voor het bloeden: er loopt nog geen bloed uit, maar ongeschonden kom je niet uit deze ruimte. De scherpe schaar zal van pas komen. Foto’s wilde je toch? Ik hoef niet te vragen of je even stil wilt zitten, het is je straks onmogelijk om te bewegen.” Niet omdat ze vastgebonden is aan een of ander werktuig, gewoon omdat ze niet meer kan.
Nog steeds heb ik haar lokken vast, mijn andere hand houdt de kin vast. Ik ben behoorlijk opgewonden en toch houd ik mij in. “Tijd om het gestolde kaarsvet eraf te slaan, van tafel af!” Vervolgens zet ik de tafel op een korte zijkant, de vier poten steken nu uit, de onderste twee uiteraard op de grond liggend. Een prima manier om haar vast te binden, dat laat ik echter na. Een krachtige vrouw met dit verlangen hoeft niet vaak gebonden te worden, tenzij ik dat een keer graag wil doen of zij iets in die richting laat weten. Mijn woorden zijn aanleiding genoeg om erop te reageren. Ik hoef ook niet sterker te zijn, wel iets meer volhoudend dan zij, mijn uitstraling mag voldoende zijn. Als Beth weet tot hoever ze kan gaan, en ik laat haar gerust heel ver gaan, ik laat haar de eigen grens opzoeken, dan hebben we een mooie balans te pakken.
“Met je rug naar mij toe tussen de poten gaan staan, je handen om de bovenste poten.” Ik fluister bijna. Met een dunne bamboestengel verwijder ik direct het kaarsvet, al slaand en prikkend. Bij de paar felle klappen kreunt ze en een ‘Oh heerlijk’ volgt erop.
“Krassen met druppeltjes bloed wil je, Beth?” Haar haar streelt haar schouders van boven naar beneden. Een duidelijke ‘ja’. Ze spant haar spieren duidelijk zichtbaar aan. Kippenvel verschijnt als ik de botte kant van de schaar op haar huid zet. Het puntje prikt slechts licht. Met mijn nagels kras ik over haar schouders terwijl de punt van de schaar dieper in haar huid prikt, zonder iets te veroorzaken.
De schaar gooi ik weg en tegelijk duw ik haar tegen het ruige hout van de onderkant van het tafelblad. Ze houdt de randen van de tafel vast als ik haar tegen het hout schuur. Zonder iets te zeggen, zie ik een hand tussen haar benen verdwijnen. Ongetwijfeld veroorzaakt het schuren een pijn die haar zeer opwindt. Ik draai haar om en duw haar rug tegen het hout. De schaafwonden sieren haar huid, ze ziet het zelf ook. Ik geniet van haar blik. “Ga door… Wat een heerlijke pijn, eindelijk, eindelijk! Mag ik…” Met haar vrije hand pakt ze mijn stijve penis. Ik dacht even dat ze iets anders bedoelde. Ze kijkt naar beneden en ziet bloed druppelen. “Meer, meer… alsjeblieft.” Na een flinke achterwaartse stap en ‘Pardon?’, valt er een stilte. Ze kijkt me aan en haar eerder vrije hand probeert mijn hals te pakken.
Ik wil haar grijpen en haar er op welke wijze ook flink van langs geven, de tijd is er echter nog niet rijp voor.
23.
“Rug strak tegen de tafel, Beth.” Ik schreeuw niet, maar de toon is meer dan voldoende voor haar om niet tegen te stribbelen. Vlak bij haar duw ik met de linkerhand tegen haar aan en met de rechterhand houd ik de tafel tegen die nu achterover helt. Het kantelpunt is er snel, met beide handen laat ik de tafel naar de grond gaan. De poten omhoog, Beth op de onderkant van de tafel. Ik zet een voet op haar borst, mijn grote teen raakt haar adamsappel.
Haar ogen spreken boekdelen, niets liever dan dit… en het volgende moment niets liever dan veel, veel meer. Rustig maak ik foto’s van haar, zoom in op haar bruine ogen en fotografeer het zo sterke verlangen. Ik ga bovenop haar zitten, mijn benen duwen tegen haar zij. Het zit niet lekker met mijn onderbenen op het hout. Natuurlijk laat ik niets merken. Het lijkt alsof Beth expres beweegt onder mijn gewicht. Ze beschadigt de huid van haar rug op deze manier. Mijn linkerhand houd ik achter mijn rug, vingers zoeken en vinden haar schaamlippen. In alle rust vindt de kennismaking plaats, Beth sluit de ogen en beweegt zover als mogelijk mee.
“Je ontkomt niet aan de schaar, Beth.” Ze beweegt meer, mijn vingers lijken thuis te zijn. In een diepe zucht lijkt het woord 'nee' verborgen. “Maar niet nu.” Door een greep in haar lokken kan ik haar hoofd iets naar me toetrekken, de vingers van mijn linkerhand laten haar nu niet meer met rust. Geilere ogen heb ik niet eerder gezien, ze kijkt me zo verlangend aan dat mijn opwinding niet opgemerkt wordt en ze rent over de weg die zal eindigen in een orgasme.
Straks, als de tafel is omgekeerd, we aan tafel zitten, het koffieservies de tafel siert, en er een brand ontstaat dan zal ik deze niet doven, omdat ik nu weet dat als een vlam geblust wordt, een andere opflikkert.
Of we daarna met of naast elkaar het bed delen is van geen belang, we delen het verlangen. Mocht een kus meer in zich hebben, dan zal dat zeer vurig zijn.
Commentaires