top of page

001. Nina

  • snoeijkees
  • 21 mrt 2021
  • 23 minuten om te lezen

1.

“Nina?”, vraag ik beleefd als ik een vrouw in een rolstoel nader. Een vrouw kijkt om in de richting waar het geluid vandaan komt. “U bent het?”, zegt ze lachend. Niet eerder was zo duidelijk dat dit iemand is met wie ik heb afgesproken. Een rode jas kan nog veel tinten rood hebben, een rolstoel is een rolstoel en er staat er maar één op dit mooie plekje in het park.


Twee volwassen zwanen drijven als het ware op het meertje, in hun kielzog drie jongen. Statig, gracieus en bijna ongenaakbaar.


“Wat een prachtig uitzicht Nina, een mooi gekozen plek.” Ze draait de rolstoel in mijn richting. Het is zo normaal om haar gehandicapt te noemen, ‘beperkt’ mag tegenwoordig ook. Alsof het dan anders is?! Ik denk even aan een van de jongens in de buurt toen we tien waren en voetbalden op straat. Op krukken (nog steeds) en er waren wel meer dingen met hem zichtbaar aan de hand, niemand had het erover. Hij voetbalde gewoon mee, op zijn manier.


Haar ogen lachen, geheel in het zwart gekleed zit ze rechtop in haar stoel. Ik ga naast haar zitten op de bank. Door COVID-19 houden we afstand. Niet erg. Onze ogen hebben elkaar allang ontmoet. Het voelt goed en bijzonder dat er een spanning voelbaar is. De BDSM-interesse ligt ten grondslag aan deze ontmoeting.


“Fijn je eindelijk te zien, Nina. Woon je hier in de buurt?”, zeg ik terwijl ze mij aankijkt. Nu zie ik het, maar zeg niets.


Als ze mij antwoordt met: “Voor jou net zo lang rijden als voor mij, maar ik woon hier niet zo ver vandaan. De taxi was op tijd, maar voor ik in de taxi zit, duurt het wel even. Ik zie wel iets van je hoor!” Zie een hond naast haar liggen. Een prachtige golden retriever. “Ze heet Charlie.” Direct draait Charlie het hoofd naar Nina, die haar hoofd aait, toe.


Charlie Chaplin of Charlie van Charlie’s Angels, schiet het door me heen, maar ze gebruikt het woord ‘ze’. Ik zwijg.


Nina is een stevige vrouw, ongeveer mijn leeftijd, een mooi gezicht met halflang haar dat deels alle kanten op staat. Lekker nonchalant. Al langer wilden we afspreken, eerst nu komt het ervan. We zijn niet helemaal vreemden voor elkaar door de vele mails, maar elkaar zien, elkaar voelen op afstand, is toch iets heel anders.


Het gesprek gaat alle kanten op en beiden volgen we tussen de bedrijven door de zwanen, die geen enkele hinder van onze aanwezigheid schijnen te hebben. Charlie blaft niet, je ziet alleen dat ze alert is, net als zo veel honden die rustig wachten tot ‘het baasje’ de weg vervolgt.


Dat we geleidelijk over gevoelens in BDSM-sfeer praten, lijkt absoluut normaal.


2.

Soms gebeurt het dat er niet veel woorden nodig zijn om een verlangen te delen. Gezien mijn voorkeur voor een langdurig voorspel laat ik haar praten, neem ik haar mee een verhaal in waar we zelf de hoofdrolspelers zijn. Al improviserend, gekscherend, noem ik het verhaal ‘Anderhalf’.


“Ben ik zeker die halve”, zegt ze lachend. “Zit je me nu op te geilen? Waar is het wachten op, mij krijg je niet klein hoor!” Ze vraagt me de tas achter de rolstoel te pakken. “Tijd voor koffie, dat drink je toch graag? Ik heb een appeltaart gebakken.” Ik lach en zeg: “Oh heerlijk, Nina.” “Twee stukjes heb ik meegenomen. Wil je meer, dan moet je met me mee naar huis… zeg ik dapper.” Ze lacht. “Hoor mij, ik zeg nu al ‘moeten’, alsof ik hier de dominant ben. Zoals je weet, heb ik een kruis aan de muur.”


Ze pakt de tas aan, geeft mij twee kopjes in de hand en schenkt de koffie in. “Ik zie het wel, hoor”, is haar reactie op woorden die ik denk, maar niet uitspreek. Uit een mooi ouderwets blik haalt ze de appeltaart tevoorschijn.


“En nu?”, zeg ik terwijl ik de kopjes nog in mijn handen heb. “Nu geef je een kopje aan mij en geef ik jou een stuk appeltaart.” Alsof het een circusact is, gaat het nog lukken ook. Bewust geef ik haar de leidende rol. Deze neem ik straks vanzelf over en ik zal haar dan meenemen.

De appeltaart lijkt verdacht veel op degene die mijn moeder altijd maakt. Het recept had ik Nina al eens gemaild en ik kreeg een kort antwoord: ‘Precies zoals ik ook appeltaarten bak.’

We spreken over verschillende vormen van het beleven van BDSM en over onze eerste ervaringen. Gek genoeg is dat in de mailwisseling helemaal niet ter sprake geweest.


“Hoelang zal dit nog duren, tot die tijd moeten we het anders aanpakken.” Ze is er klaar voor, dat is duidelijk nu. Het moment is aangebroken dat ik het ga overnemen.


“Wat moeten we, Nina?” De zin spreek ik duidelijk uit met de klemtoon op de juiste woorden, op alle woorden. Ze vouwt haar handen ineen, staart naar haar benen. Een heel kleine beweging van haar hoofd in mijn richting zegt mij voldoende. De stilte laat ik voortduren. De zwanen komen dichterbij. In gedachten zie ik ze vaart maken en het water ontstijgen. Zo vaak gezien en iedere keer windt het me op. Wat een enorme kracht en sierlijkheid als zwanen het luchtruim kiezen.


Hetzelfde gevoel heb ik nu. Nina en ik staan op het punt elkaar op een heel andere wijze te leren kennen.


3.

“…” Nina zwijgt, het antwoord gaf ze al.


“Virtueel kunnen we alles doen, Nina. Verder kan ik je hier nu niet aan mijn hand mee laten lopen, je zal moeten kruipen.” Expres chargeer ik. Het is haar niet mogelijk zelfstandig te lopen. Ik wil weten waar ze is, hoe sterk ze is. Dat antwoord komt heel snel.


“Al moet ik naar huis kruipen, ik draai daar mijn hand echt niet voor om, als je dat soms dacht. Ik ben geen watje hoor en zielig doen, daar houd ik al helemaal niet van.” Het knalt bijna uit haar mond. Niet boos op mijn woorden. Ze is gewoon zo.


“Thuis wacht het kruis op me, ietwat aangepast omdat ik niet lang kan staan, maar houd het heel lang vol… en slaan kan je vanaf anderhalve meter, als je dat zou willen.” Even is ze stil en dan volgt: “Ik wel…”


Een directe uitnodiging.


“Je mag dan wel de weg naar huis kennen, ik weet de weg naar het kruis, Nina… en dat is echt geen rechte weg, een lange weg ook.” “Mijn kruis is vlakbij, hoor.” Haar toon verraadt dat ze niet het kruis thuis bedoelt. Ze lacht. “Fijn gevoel dat alles gezegd kan worden. Ik ben opgewonden, bent u dat niet nu?”


Grappig dat ze ‘je’ en ‘u’ door elkaar gebruikt. Ze gaat ook verder.


“Ik ken uw parfumvoorkeur… onder andere ‘Opium’, vandaag draag ik echter een ander parfum… een Oosterse vanillegeur, zoals zo mooi staat omschreven. De naam noem ik niet…” Het laatste klinkt uitdagend en als ik ergens niet op inga zijn het uitdagingen, al winden ze me vaak wel op. Expres laat ik er een vertraging in zitten.


“Nu heb ik een broek aan, maar eenmaal als de sub Nina draag ik graag een rokje met kousen, mijn haar bij elkaar gebonden en mooi opgemaakt, inclusief gelakte nagels.” Ze kijkt me aan en met haar ogen vraagt ze om een reactie.


“Straks ga je me nog zeggen dat je een ‘Angel’ in bed bent, Nina.” Uiteraard leg ik de nadruk op Angel, de naam van het parfum dat ze draagt.


Een kort “Kom” in de richting van Charlie en het geluid van een schakelaar. Ze rijdt weg. Ik blijf zitten. Na zo een twintig meter zie ik een arm een beweging maken. Het duidt op ‘meekomen’, als ik het goed vertaal.


Ik pak de tas, doe er de kopjes en meer in en loop achter haar aan. Nu even, daarna zal ik haar leiden. Nog geen idee hoe, maar dat is een heel mooie uitdaging.


Ze is een harde, aarzelt niet het voortouw te nemen. Waar kan ik haar raken?


Als ik me niet vergis, zal ik bij binnenkomst moeten wachten tot ze zich heeft omgekleed. Daarna zal ze merken wie ze in huis heeft gehaald.


4.

Eenmaal bij haar thuis lijkt het of de rolstoel niet bestaat, net zo makkelijk doet ze van alles in de stoel wat ik ook zou doen bij thuiskomst.


Nina vraagt of ik plaats wil nemen, zodat zij de tijd heeft om zich om te kleden. Wat ze daarmee bedoelt laat ik in het midden, zeker als ik de stapels boeken zie. “Mag ik wat bladeren in de boeken, Nina?”, vraag ik belangstellend. “Doe alsof je thuis bent”, antwoordt ze, alsof we elkaar al jaren kennen.


Thuis had ik dat ooit ook zo. In de periode dat ik alleen woonde, puilden de boekenkasten uit en maakte een vriend zelfs een keer een stoel van de boeken die in stapels voor de kast lagen.


Voornamelijk literatuur. Mijn oog valt op een klein, dik boek met een lederen omslag waar opgedrukt Jacob Cats verbeeld staat. Al de werken van Jacob Cats, gedrukt in de negentiende eeuw.


Sinne- en minnebeelden… Het eerste hoofdstuk, geschreven in Oudnederlands. Ik lees zomaar een regel: ‘Waer Venus nedervalt, kan Mars daer staende blijven?’


Nina komt binnen, gekleed in een zwarte rok, kousen en laarsjes, een zwarte blouse met knopen, deels is een zwarte, kanten beha te zien. Ze heeft zich opgemaakt, het vele, dunne blonde haar duidelijk geborsteld. Ik maak haar een compliment. “Je ziet er nog mooier uit dan in het park, Nina.” “… en geiler ook, maar dank je wel”, antwoordt ze ad rem. Met enig ongeduld kijkt ze me aan. Ik leg het boek weg.


Nooit zou ik het hebben kunnen en durven bedenken, maar woorden schieten er zo uit: “Kom naar me toe Nina… zonder stoel.” Het klinkt ook absoluut normaal. Haar handicap is voor mij geen handicap. Al moet ik haar waarschijnlijk wel begeleiden, alle hoeken van deze kamer zijn voor haar. We vinden wel een weg tussen de boeken en meubels.


Terwijl ze probeert op te staan, ga ik staan, trek ik mijn kleiding recht en zal ik haar als een heer ontvangen. Er is een kleine horde… De afstand is net te groot om via meubels naar mij toe te komen. Mijn uitgestoken arm verkleint de afstand. Ze pakt mijn hand en zegt: “Ik houd van zacht en hard, baron.” Haar toon is anders, niet dat ze zich snel gewonnen geeft, de situatie pleziert haar. Ze kijkt naar mijn voeten. “Daar ben je nog lang niet, Nina.” Letterlijk is het hard, figuurlijk is het een deel van het zachte dat haar ten deel gaat vallen. De veters van mijn schoenen wachten geduldig op haar vingers. Ze zal eerst kennismaken met mijn vingers.

Mijn stoel bied ik haar aan, ze gaat zitten en houdt de leuning vast. Voor het eerst raak ik haar aan, mijn handen op haar schouders. Haar zachte lokken rusten op mijn vingers. Ik voel haar hart tekeergaan, ook door haar inspanning van zojuist.


“Nina… dat alle dingen sin, gelijck een ronde keten, geschakelt onder een. De vreughde nae de pijn.” Ik probeer het zo goed mogelijk uit te spreken. Ze haalt diep adem. “Cats…,” zegt ze. Ze legt haar handen op mijn handen en vervolgt: “Ghy, die in ‘t duyster sweeft…”


Ik kus haar op het hoofd. Meer hebben we niet nodig.


5.

Er schieten veel dingen door mijn hoofd. Hoe zou ze bijvoorbeeld reageren op verbaal geweld? Ze staat er wel, dat weet ik zeker, maar kan ze er iets mee?


Ondertussen streel ik haar schouders en bovenarmen, mijn vingers verkennen haar gezicht. “Sluit je ogen, Nina”, zeg ik zachtjes. “Heb ik al gedaan, ik volg je vingers, baron.” Ik zwijg. “Je vingers”, herhaalt ze uitdagend. “Moet ik dan nu ‘u’ zeggen Nina, heb je dat graag, dat ik je verbeter, is dat waar ik me nú mee bezig moet houden? Nina toch…”


“Hoe maan ik je dan tot actie?”


“Aha, mevrouw is ongeduldig, verlangend, geil zeker ook… Het liefst hangend aan het kruis, lang staan zul je wel niet kunnen… Het slipje van je kont afgerukt en mijn vingers bezig met je? Dat is wat je wil en… oh ja, hier en daar nog een paar klappen tot deze Nina mij maant te stoppen zeker? Dat haar billen zo branden, haar borsten te zeer doen, haar tepels de knijpers niet meer kunnen velen en slechts een paar klappen in haar gezicht haar nog bij de les kunnen houden? Is dat wat je wil lieve Nina, dat wat zo vaak gebeurt dat het compleet voorspelbaar is? Wil je dat ik dat lijstje ter hand neem en afvink opdat ik niet twee keer hetzelfde doe, omdat je het zo lekker vindt? Ik verheug me nu al op dit ‘één-en-al-saaiheid’-moment. Wauw! Je verrast me er zeer mee, Nina.”


De streling stop ik niet tijdens het spreken, het is even stil en dan komt ze: “Dat lijstje krijg je niet te zien, je raadt maar wat ik fijn vind. Je bent hier om mij te plezieren. Het zijn je eigen woorden. Dat strelen windt mij echt niet op hoor, sla gerust over. Mijn huid is toch zo dik als die van een olifant, genoeg meegemaakt, het raakt me allemaal niet meer… Ik dacht even lekker goed vastgebonden te worden op zo een manier dat ik het volhou, ik kan niet al te lang staan, en dat je met een zweep ofzo mij flink afranselt zodat ik vanavond nog heerlijk lig na te genieten in bed.”


Het hangt tussen slachtofferrol, teleurstelling en groot verlangen in.


“Maar ja, ik doe het er wel mee, met wat u van plan bent, streel maar lekker verder. Geil als boter word ik ooit wel een keer als je zo doorgaat, weet dat het pakje net uit de koelkast komt.” Ik hoor een zeer ingehouden lach in haar stem. “Klaar met spreken, Nina?” Met een hand houd ik haar keel vast, met de andere hand ga ik licht over haar borsten en ik voel al snel haar tepels.


“Ik wilde je eerst in je sopje gaar laten koken, maar vermoedelijk smaakt de roomboter best lekker straks, neem tenminste aan dat je niet voor minder gaat?”, zeg ik terwijl mijn hand die eerst de keel vasthield, nu de kaak vasthoudt. “Het kruis zal ik je niet onthouden, evenmin dat jouw kruis nergens aan ontkomt. Wijs me de weg Nina, ik loop achter je aan.”


Met mijn stap naar achteren heeft ze alle ruimte om van de stoel af te komen. Zou ze gewoon kunnen lopen, dan waren de woorden: ‘Kruip erheen.’ Nina begrijpt het allang, ze kruipt naar het kruis. Ik ga haar verwennen, uiteraard op mijn eigen wijze. We kunnen elkaar aan. Het stukje liefde voor elkaar proefde ik in het park. Elkaar niet ontzien, ik blijf alert, verwacht dat ze nog wel iets in petto heeft voor me. Haar kracht is me echt niet ontgaan.


6.

Ze kruipt richting de trap, het kruis staat boven. In alle rust volg ik haar, geniet van het moment. Wat zal ze denken? Is ze al met haar hoofd bij het kruis? Is ze nieuwsgierig naar wat het haar doet met iemand die ze niet echt kent? Voor mij is het kruis is een grappig hulpmiddel, niet een doel.


Onderaan de trap richt ze zich op en klapt ze bijna de zitting naar beneden. “Kruipend naar het kruis?”, vraag ik op een toon of ze het zich nog herinnert. Ze draait haar hoofd om en kijkt me aan met een blik die weinig goeds voorspelt.


“Zal ik voorgaan?”, zeg ik ietwat sarcastisch. “Nee! Het is mijn huis… Ik ga jou voor.” Even draai ik mijn hoofd licht. Ze slaat er geen acht op. Al na drie treden denk ik dat dit langdurig gaat worden. De trap kent ook meer treden dan normaal, snel inschattend kom ik op twintig, en is zelfs enigszins steil.


Wijselijk houd ik mijn mond, denk aan de muziek ‘Never back down’ (Two steps from hell…) Bij elk trede hoor ik de muziek harder… Ik luister in stilte, haar afzien zijn de filmbeelden. Waar ik haar normaal zou helpen, maakt plaats voor: eenmaal boven loop ik haar voorbij en wacht ik. Ze zal zich oprichten, ik weet het zeker.


Als ze mij de weg wijst, heb ik nog veel te winnen bij haar. Knielt en wacht ze… dan heeft het kruis een heel andere betekenis.


Ze is bovenaan de trap gekomen, staat op, kijkt naar beneden en vraagt me boven te komen. Ik loop haar voorbij zonder haar aan te kijken, wel met een heel lichte streling over haar hoofd.


Een lange gang met drie deuren. Midden in de gang draai ik me om en… Nina ligt voorovergebogen op de grond, de kin op het hout, betraande ogen naar mij gericht, haar handen zijn opengevouwen. “Nina…” Mij rest niets anders dan deze vrouw te verwennen tot ze pijn en genot niet meer kan onderscheiden.


7.

De eerste deur. De klink pak ik vast… er gaat een kleine zoemer. Direct begrijp ik dat dat met haar zicht te maken heeft. Ze blijft me aankijken. Ik pak de tweede klink vast, een andere toon, nog kijkt ze mij aan. Wordt het de zolder of is het de derde deur? Deze klink is nog niet in mijn hand of ze richt zich iets op, haar ogen sluiten zich. Ik maak de deur open, grappig genoeg hoor ik geen geluid en ik wijs met een vinger naar beneden, nadat ik met mijn vingers geknipt heb.


Zichtbaar moeizaam, maar ze kruipt naar me toe. Bij de deur pak ik haar vast en help ik haar opstaan. Samen gaan we naar binnen. In een bijna lege kamer staat een kruis tegen de wand, een tafel in de hoek en een stoel in het midden. Aan een wand hangen wat zwepen, keurig gerangschikt naar lengte. Een open kastje aan de muur herbergt wat kleine dingen die de vreugde alsmede de pijn kunnen verhogen.


“Ik kan niet zo lang staan”, zegt ze. Snel leg ik een vinger op haar mond en breng ik haar naar de stoel, een ouderwetse tandartsstoel lijkt het. Leren banden aan de leuningen vastgeklonken en de plaat waar je je voeten op zet, is voorzien van ogen.


“In het laadje onder het tafelblad vind je ook een en ander…” Haar stem klinkt zo vol verlangen, met een regieklank, dat ik bijna haar woorden volg. Maar de regie is nu aan mij.

Wat wijsheid is ligt altijd in het midden, maar dat er een ‘sessie’ aan het kruis volgt, is onbespreekbaar. Ze zal straks denken: Mijn god, straks wil hij me nog aan het kruis binden ook.


“Nina, het kastje lijkt me voldoende voor dit moment en die stoel staat er niet voor niets. Of rust je daar altijd uit nadat je aan het kruis hebt gestaan?” De nadruk ligt op ‘gestaan’. Ze reageert dan ook direct. “Ik kan niet zo lang staan.”


“Als je later aan het kruis zou mogen staan, dan ben je niet eens meer in staat om te staan, Nina. Voorlopig wil ik geen woorden meer horen van je, kreetjes en kreten daargelaten. Alleen als ik zeg dat ik antwoord wil, dan reageer je. Dat klinkt altijd als muziek in mijn oren.”

Ik kijk de kamer rond als ik haar schouders vasthoud. “Het is een mooi gezicht als deze oude riemen je polsen sieren. Hoe kom je aan deze stoel?” Nina zwijgt, ik glimlach: ze zit al in het geheel.


De leren riemen zijn echt oud, heel mooi ook. Behoorlijk strak maak ik de polsbanden vast. Hoeft natuurlijk helemaal niet, maar het zet wel de toon. De riemen voor de enkels vind ik onder de plaat en al snel zijn haar enkels met de ring verbonden. Nina lijkt te spinnen. De aandacht doet haar goed. Weer sta ik achter haar en streel ik haar schouders en armen. Voel haar borst, buik en zonder de tepels te raken volg ik de vorm van haar borsten.


“Met jou kan ik doen wat ik wil…” Tot mijn verbazing knikt Nina. Ik denk dat ze heel veel aankan. Als ik haar gezicht in mijn handen heb en mijn vingers met haar wang en kin spelen, ontspant ze zich enigszins. We zijn op de goede weg. Ik wil haar vertrouwen nog meer winnen. Dat ze weet dat ik haar op mijn manier liefheb, zoals een dominant zijn sub hoort lief te hebben, op een eigen wijze. Als ze die liefde niet voelt, komen we niet ver. Gelukkig reageert ze positief op de streling. Deze vrouw is niet bang, ook niet bang voor mij.


“Met jou kan ik doen wat ik wil doen op dit moment en dat is best veel, Nina.” Meer dan een ‘mmmmm’ laat ze niet merken, behalve dan dat ze haar hoofd in mijn handen legt, meegaat met de beweging, zoals een kat die kopjes wil geven. Misschien heeft ze geen sterke klauwen, maar haar tong zal van de nodige scherpte zijn. Ze compenseert een en ander. Dat maakt het ook mooi en spannend.


Tijdens de zoektocht met mijn ogen zie ik een mooie muziekinstallatie staan, met nog een echte platenspeler.


Ik vraag haar of ik deze mag gebruiken en ik voeg eraan toe dat ik antwoord wil. “Ja… De knoppen…” Ik trek Nina haar hoofd aan het haar naar achteren. “Een simpel ‘ja’ is voldoende op de vraag.” Natuurlijk vind ik het aardig, maar ik wil haar ruimte inperken… om meer te zijn met wat er is. De stoel is er voor haar, ook mijn handelingen.


Een behoorlijke serie klassieke muziek staat achter de platenspeler. Ik zoek er één uit… Keizersconcert van Beethoven, in tijd kunnen Nina en ik voorlopig vooruit.


Mooie klanken vullen de ruimte. Nu houd ik haar hoofd vast, met mijn vingers om haar keel en de duimen achter haar oren.


“Als wij nu eens heel ver gaan hier, dat ik je niets onthoud wat in me opkomt in deze ruimte, dat je half gekleed en later naakt ondergaat…” Nina gaat verzitten, mijn woorden missen de uitwerking niet. “Dat jouw kreten gesmoord worden door het blad van de tafel of het hout van de vloer, terwijl ik met een van die zwepen je huid streel.” Nina kan nu niet meer stilzitten. Ik sta het toe, geniet er ook van. Mijn handen jeuken licht, nou, licht. Ik heb nu de juiste toon te pakken. Ik wil haar meenemen.


8.

Terwijl ik in alle rust haar blouse losknoop, zegt ze dat er een blinddoek in het vakje achter de stoel ligt. “Verdomme, u zegt het niet eens en ik denk het al: je ziet toch weinig.” Nina balt haar vuisten, zij weet dat ik een eigen volgorde heb die past in het rijtje willekeur.


“Ik dacht dat je stil zou zijn… maar als je wilt maak ik je af met woorden Nina, in dit geval kruiste het mijn gedachten niet eens. Als ik vind dat een blinddoek iets toevoegt aan waar we samen zijn, dan zal ik je deze zeker niet onthouden. Maar haal jezelf niet naar beneden, dat laat je toch wel aan mij over hoop ik?! Veel mensen kijken en zien niets. Jij voelt echt wel waar het heengaat.”


Ondertussen heb ik haar blouse losgeknoopt. Ook het haakje van haar kanten beha, dat aan de voorkant zit, maak ik los en ik leg haar borsten bloot. Meer niet.


“De knij…”, Nina houdt stil. “In het bakje, ja, ik weet het Nina. Maar mijn vingers mogen dit genot toch ook voelen. Een knijper is maar een knijper.” Nu sluit ze haar ogen en wacht ze op mijn vingers, vingers die nu nog niet haar borsten of tepels zullen aanraken.


“Nina,” zeg ik, als ik haar gezicht streel en over haar lippen wrijf waarbij ze haar mond opendoet, “laat op een eigen wijze merken als je even wilt stoppen.” Ze schudt haar hoofd. Mijn duim glijdt in haar mond. “Of wilde je iets zeggen?” Ze knikt. “Ik luister.”


Nina haalt adem terwijl ik mijn duim op haar tong duw. Moeizaam zegt ze: “Ik bijt nog liever mijn tong af.” “Dan heb je nog maar drie zintuigen over, Nina.” Ik zeg het zo eerlijk mogelijk, niet kwetsend. Ze haalt haar schouders op en doet een poging rechtop te gaan zitten. Ik denk dat het ergens vreselijk kriebelt.


“Of er nog iets van komt, Nina…?” Ze knikt direct, mijn duim nog in haar mond.


Haar borsten liggen in mijn handen, ik speel ermee alsof het fluwelen ballen zijn, de tepels af en toe licht rakend tot ik ze tussen wijsvinger en duim krijg. De muziek is ernaar dat er enige druk komt, maar spelenderwijs. Dit ga ik lang volhouden, het spel tussen tepel en vingers. Ze dansen om elkaar heen, strelen elkaar, houden elkaar goed vast, laten los en vragend staan haar tepels rechtop. Mijn vingers wachten, ze weten dat er een moment komt dat ze gaat smeken en dan zal het hek van de dam zijn.


Lang hoeven ze niet te wachten… en heel lang zijn ze onvermoeibaar. Ik weet zeker dat Nina nog dagen aan dit moment gaat denken.


Ik maak haar los, til haar uit de stoel, pak haar keel beet en streel haar wangen. Dan trek ik haar blouse uit, de beha gaat vanzelf mee. Op de grond zal ik haar straks verder uitkleden. Maar eerst een pak slaag op de broek, waarbij de broek steeds meer van haar billen prijsgeeft, is een mooiere weg om te bewandelen. Bij de eerste klappen trek ik haar hoofd al naar achteren. Ze gromt. Na een paar minuten zijn haar billen helemaal vrij. De vlakke hand gaat even los op de voorverwarmde billen.


“Ik heb dit zo gemist, baron”, zegt ze als ik heel even inhoud. Haar hoofd loslatend, vraag ik haar wie er een vraag stelde. “Heb ik iets gemist, Nina?” “Jazeker, mijn schaamlippen, baron, of durf je dat niet?” Ik rol haar van me af, sta op, pak de blinddoek achter de stoel vandaan en knoop deze vrij stevig vast. Dan werp ik een blik in het laatje en pak ik een gag.


“Op je buik Nina, op je buik!” Dat deze beweging moeizaam gaat bedacht ik me al, opstaan zal haar straks niet meer lukken. De grond is goed genoeg voor haar. Ik laat haar de gag zien, vlak voor haar gezicht. “‘Niet nodig’ is het antwoord, baron. Laat me hoorbaar genieten van de pijn.”


Dat een doos tissues wel nodig zal zijn, laat zich raden. Haar tranen zijn echter voor mijn lippen. Zonder liefde lukt mij niets.


9.

Ik trek haar broek en slip verder naar beneden. “Je slipje liegt niet, Nina.”


Hoe het komt weet ik niet, maar het gevoel met haar te kunnen doen wat ik wil houdt mij ook tegen. Ze kan het hebben, daar ben ik van overtuigd, maar is dat wat ik haar wil geven?


De rij zwepen is indrukwekkend, ik kies de smalle strokenzweep. Langzaam haar billen strelend, denk ik na. Nina schuurt een beetje over de vloer. Ik hoor haar denken. Het gaat haar veel te langzaam. De les dat een schildpad en een haas beide de eindstreep halen en als de haas uitgehijgd is, is de slak allang aanspreekbaar.


“Mag ik…?”, vraagt Nina verlangend. Op zo een vraag geef ik natuurlijk geen antwoord, duw alleen met mijn voet haar billen omlaag. De einden van de zweep raken haar huid steeds sneller met af en toe een behoorlijke uithaal, waarbij ze steeds haar billen omhoog gooit. Ze zucht, kreunt en op een gegeven moment houdt ze haar hoofd vast, eerst lichtjes, later verbergt ze haar hoofd in haar armen.


Als ik stop, hoor ik alleen maar een dof: “Alstublieft, stop niet… of help me, help me, ik houd het niet meer… Baron, ik wil klaarkomen, help me.”


De muziek is gestopt… de stilte kan ons samenbrengen. Naast haar neem ik plaats. Met een hand streel ik haar behoorlijk rode billen. Glij met mijn linkerhand langzaam maar zeker richting haar natte schaamlippen als ze haar lichaam terugduwt, ze op haar knieën zit en haar hoofd min of meer op de grond ligt. Mijn rechterhand gaat onder haar buik door, de middelvinger neemt het voortouw en gaat op verkenning uit. Vrijwel direct reageert ze. Net zo makkelijk stop ik een seconde voor zij… maar ik geef het haar, denk ik vooralsnog.


De duim van mijn linkerhand maakt rondjes op haar natte perineum, de vingers spelen met haar schaamlippen en glijden naar binnen… Ondertussen is haar clitoris één met een paar andere vingers. Dit gaat niet lang meer duren… Haal ik haar hieruit? Ze wil immers pijn, ze wil lijden. “Mag ik, mag ik… oh mag ik…? Baron… baron?!” Het tweede ‘baron’ klinkt bijna wanhopig.


10.

… de derde keer mijn naam uitsprekend, wordt het haar teveel. Deze vrouw klemt mijn hand tussen haar benen en komt kreunend, en met het uiten van veel woorden, klaar. Nina praat in zichzelf, tot ze een arm om mijn hals slaat en me naar zich toetrekt. “Ik wil meer, veel meer, hoor je dat?” Mijn hand trek ik terug. “Oh nee, dat vroeg ik niet, baron!” “Wat vroeg Nina dan wel, gewoon lekker op je rug liggen en mijn vingers de rest laten doen? Te lang geleden soms, of te lui om het zelf te doen… Geen speeltjes…? Hoor je dat…? Woorden die je tegen mij zegt… Hoor je dat… Alsof deze vrouw in de gelegenheid is om opdrachten te geven. Begrijp je wel wie je tegenover je hebt? Lekker makkelijk, een man in huis en die doet dat wel even voor mij, zo een vrouw die denkt dat nog een orgasme even lekker is, als het je al zou lukken en met simuleren heb ik niet zo veel, Nina.”


Ondertussen streel ik haar lichaam en houd ik even haar gezicht vast, zodat ze een deel van mijn woorden zeker heeft gehoord.


“U heeft gelijk, dat wil ik, dat wil ik, nog een orgasme… Eh, in ieder geval de opwinding, of het lukt durf ik niet te zeggen. Wilt u mij…”


“Die laatste zin maak ik wel voor je af Nina, dat wil ik wel en dat zal ik doen ook. Alle hoeken van deze ruimte laat ik je zien en in elke hoek zal je verdwalen. In één hoek zal je weten hoe je hebt te wachten op een antwoord van mij. Waarom vraag je of je klaar mag komen en wacht je niet op het antwoord van mij? Omdat het zo hoort… vragen… maar toch gewoon doen wat je wilt… of erger, je niet kunnen beheersen en dan nog wel voor mij?”


Het is heel stil, ook warm. De cv staat vermoedelijk op zo’n 25 graden.


“Ga maar staan, Nina.” Ik weet heel goed wat ik zeg en weet nog beter dat ze gaat staan. Ik sta vlak bij haar, verlies haar geen moment uit het oog. Eerst wil ik haar aan het kruis binden, van daaruit ziet ze alle vier de andere hoeken goed. Ik ben nog niet klaar met haar, iets wat ze vast niet erg vindt als idee.


Ik blijf naast haar staan als ze zich opricht, ze kan me vasthouden mocht het nodig zijn, een hand hangt open voor haar. Er wordt niets gezegd. Ze gebruikt mijn lichaam als ware ik een tafel of een paal ben voor houvast.


“In welke hoek wil je me?” Kordaat en strijdlustig klinkt het uit haar mond. Ze wil door mij gebruikt worden, begrijp ik als ze zegt: “Neem me in elke hoek anders.” We lopen naar het kruis. “Je wilde me toch in een hoek?” “Ik zie vier hoeken Nina, vier hoeken. Het kruis heeft vier hoeken. Met mijn rug naar het kruis zie ik ook vier hoeken.”


Het kruis staat heel mooi los van de muur, op de uiteinden na. Stevig verankerd. Uit een van de hoeken pak ik een hoge kruk en ik zet deze voor het kruis.


“Zitten, Nina… en vertel me wat je wil terwijl ik je polsen en enkels met het kruis verbind.” Nina gaat met een klein beetje hulp van mij zitten en zwijgt.


“Ik wil meer, veel meer… en gebruikt worden”, zegt ze dan zonder schroom. “Vertel me wat je wil… Ik bedoelde het anders, Nina.” Ik haal haar uit dat grote verlangen, ze kan aan niets anders meer denken.


Het gevecht is begonnen.


11.

“Dat is niet aan het kruis binden”, zegt ze als ik haar polsen en enkels met het hout verbind, met veel ruimte in het touw, niets strak trekkend. Ze zit op de kruk.


“Ben ik al klaar met je, Nina? Waar wil je heen?”, mijn woorden kracht bijzettend door touwen aan de kruk te verbinden en deze zo met het kruis te verbinden dat ze ingesnoerd is.


“Zo beter, mevrouw?” Ik zwijg verder, pak uit een bakje wat voorwerpjes en doe het licht uit.

“Hè?!” Ze is opeens heel alert. Daar ik stil blijf staan bij de schakelaar, hoort ze ook niet waar ik ben.


“Vind ik dit leuk?”, zegt Nina na een enkele minuut.


Scherp ben ik erop hoe groot haar vertrouwen in mij is. Daar begint het mee: zichzelf overtuigen dat ik er ben, er voor haar ben, uiteraard haar niets zal onthouden, maar niet alles tegelijk gevend. Ze wil meer, veel meer… en gebruikt worden. Ik gebruik haar nu om antwoord te krijgen op de vraag of ze mij vertrouwt.


Na vijf minuten gooi ik een voorwerpje richting een hoek. Ik hoor haar lichaam tegen het touw schuren. “Je bent er nog, eh eh… u. Natuurlijk.”


Weer vijf minuten later loop ik zonder enig geluid te maken naar Nina toe en streel ik haar gezicht. Een diepe zucht eindigt in slikken als ik met mijn rechterhand haar keel omsluit zonder enige druk te zetten. “Wat wil je?”


“Dat u doet met me wat u wil, in de hoop dat… eh… dat u mijn verlangen niet vergeet… of is dat te passief, baron? Wilt u dat ik iets doe? Wat kan ik voor u doen…? Eh… kan ik iets voor u doen? Als u mij nu losmaakt, dan…?” Ze slikt.


Nu zorg ik voor iets meer druk om haar hals en kus ik haar op de lippen. “Blijf maar zitten Nina, ik zet je straks wel aan het werk.”


Nog steeds donker.


“Wil je een glas water, Nina?” Ze antwoordt bevestigend. Ik haal twee glazen water, tot de rand gevuld. Eén ervan raakt haar lippen, ze opent haar mond en ik giet een heel klein beetje in haar mond, de rest van de inhoud laat ik tergend langzaam langs haar kin lopen en het water glijdt langs haar keel over haar borsten en buik. Nina rilt. Ze houdt haar kaken op elkaar. Mooi.


De inhoud van het andere glas water eindigt vol in haar gezicht. Ze opent haar mond, stoot een kreet uit en probeert zich puur als reactie los te wurmen, wat haar natuurlijk niet lukt.


Ik vul een van de glazen nog een keer en houd het bij haar lippen. “Mond open en drinken, Nina.” Beetje bij beetje laat ik het water in haar mond stromen en ik geef haar steeds de tijd om te slikken.


“… baron, ik weet nooit wanneer ik weer iets te drinken krijg als u met mij bezig bent, denk ik.”

Een streling over haar wang is mijn antwoord, daarna trek ik de touwtjes stevig aan.


12.

Langzaam maar zeker overheerst het verlangen naar pijn bij Nina. Ze wil pijn voelen. Verlangend naar mijn handen die haar huid verwennen, al dan niet met iets in mijn hand.


Even raken mijn handen haar overal waar ik haar raken kan. Strelend, maar ook venijnig hard. Ze wil het zo hebben en kan het zeker aan.


“Oh heerlijk, doe me pijn, alstublieft, doe mij pijn, ik zal er nooit meer om vragen, maar doe me pijn, laat elke vezel in mijn lichaam weten dat deze bestaat. Sla verder, maar sla niets over… baron.” Even is het stil. “Wie ben ik om jou iets te weigeren?”, zeg ik haar terwijl ik een doek in haar mond stop. Wild schudt ze haar hoofd. “Doek weg?” Direct schudt ze gecontroleerd haar hoofd, kijkt ze me smekend aan en sluit ze de ogen. De doek haal ik, als haar huid begint te kleuren, uit haar mond. Ik neem een grote slok water en laat dat met enige druk opbouwend langzaam in haar mond druppelen.


Het ontbreekt haar aan niets de komende uren. Zelfs als ik haar tussentijds losmaak houdt ze zich krampachtig vast aan het kruis, met de buik naar het kruis gericht. Het kruis laat ik iets vooroverhellen, zodat ze makkelijker blijft ‘hangen’. Haar rug streel ik met alle liefde in me. Nina ontspant, geniet, haar billen veranderen van blank en zijdezacht in heel mooi gekleurd schuurpapier. Telkens als ik even stop en haar in de hals kus, zegt ze: “… nee, niet stoppen, niet nu al.” Is ze het besef van tijd kwijt of…?


Na het genoegen van de bok waar ze op haar rug op ligt, met het hoofd iets naar beneden hangend, ik haar zowel met mijn vingers als mijn tong naar een hoogtepunt breng, even later mijn penis een weg vindt tussen haar lippen en ze de smaak van het sperma mag beoordelen… pak ik deze vrouw liefdevol op en leg ik haar op de grond. Haar lokken strijk ik opzij, ze heeft de ogen gesloten. Ik sta naast haar, in alle rust.


“Baron”, zegt ze. Het klinkt heel ver weg. Als ik iets vooroverbuig, pakt Nina mijn voeten vast en zegt ze: “Ik ben van u. Nu, morgen en…”


Haar onder de oksels vasthoudend, trek ik haar omhoog en geef ik haar een kus op het voorhoofd. We kijken elkaar aan, van vlakbij. Ik reageer met een heel brede lach op mijn gezicht: “… de ‘n’ van Nina, mijn Nina?” Ze slaat haar armen om mij heen.

 
 
 

Comments


bottom of page